Doet jouw naamkaartje wat het moet doen? Toen ik nieuwe kaartjes liet maken, kon de marketeer in mij het niet laten: ik investeerde uren in de opmaak van de meest doeltreffende businesscards. Tijd om die kennis te delen. De komende 5 minuten krijg je 5 tips die je naamkaartje upgraden tot verkoopkaartje.
1. Pics … or it didn’t happen
Meteen de tip bij uitstek: voeg een profielfotootje toe aan je visitekaartje. Dat geldt zeker voor verkopers, maar bij uitbreiding eigenlijk voor iedereen.
Beeld je in: een potentiële klant vertrekt naar huis na een conferentie. Een dag later vindt ze maar liefst 15 naamkaartjes in de portefeuille. Hoe weet ze nu welk kaartje dat van jou is? Inderdaad: ze moet je foto herkennen.
Na een fijne kennismaking onthoud je nu eenmaal sneller iemands snoet dan iemands naam. Bovendien scheppen gezichten vertrouwen. Dat is marketing voor beginners.
“Opvallen met je naamkaartje? Voeg een profielfoto toe en je zit meteen bij het sterkte 1 procent.”
Ik ontmoet de meeste zakelijke contacten eerst online (op Twitter of LinkedIn) en pas daarna offline. Toch verzamelde ik de voorbije jaren een honderdtal visitekaartjes. Ik heb ze allemaal nog eens bekeken: amper één kaartje bevat een foto.
Wil jij opvallen met je naamkaartje? Plak je eigen lachende gezicht erop en je zit meteen in de top 1 procent.
2. Details doen je de das om
Nog iets dat me verbaasde tijdens mijn beperkte marktonderzoek? Een overdaad aan gegevens. We houden ervan om data te delen. Btw-nummers, faxgegevens, bankrekeninginformatie, noem maar op.
Waarom wil je een prospect meteen vertellen hoe die je later moet betalen? Bewaar je rekeningnummer maar voor op je factuur.
Wat vind je trouwens het meest belangrijk: dat diezelfde prospect je btw-nummer uit het hoofd kan leren, of dat hij je contacteert? Vermeld je btw-nummer gewoon op je website.
En hoop je echt dat een potentiële klant je een fax stuurt? Beperk je tot je telefoonnummer en e-mailadres. Zo bespaar je een lead bovendien keuzestress. Marketing voor beginners (bis).
3. Grootte maakt wél uit (maar dan anders)
Bekentenis: ik krijg businesscards het liefst in een standaardformaat. De kleintjes zinken weg in de gapende afgrond die mijn portefeuille heet. En de extra grote passen niet in mijn mapje voor naamkaartjes.
Geef je mij dus een kaartje in een raar formaat? Dan dalen je kansen dat ik je later contacteer.
Trouwens, je hoeft helemaal niet op te vallen met een gek formaat. Dankzij je profielfoto steek je er al visueel bovenuit.
“Voeg wat eigenheid toe met een portretoriëntatie in plaats van de landschapsopmaak. Dat is minder gebruikelijk en kost je geen cent meer.”
Maak je geen zorgen. Als copywriter ben ik niet helemáál tegen creativiteit. Is een uit de band springend formaat relevant voor jouw bedrijf of sector? Ga er dan voor.
Een klant gaf me ooit zijn businesscard. Afmetingen? De grootte van een postkaart! Ik was meteen fan. Want hij verkocht oversized, alledaagse voorwerpen zoals een potlood zo groot als je arm.
Vind je naamkaartjes in het standaardformaat toch wat saai? Mooi zo – dan zijn we het eigenlijk eens. Voeg wat eigenheid toe met een portretoriëntatie in plaats de landschapsopmaak. Dat is veel minder gebruikelijk en het kost je geen cent meer.
4. Je hebt hulp nodig
Ben je een beetje zoals ik? Dan wil je zo veel mogelijk zelf doen. Tot visitekaartjes ontwerpen toe. Ook al lijk je zelfs van ver niet op een designer.
Klinkt bekend in de oren? Dan heb je hulp nodig. Echt. Ik meen het. Bel toch een ontwerper. Al vind je online nog zo veel tools en bedrijven om kaartjes te designen en te drukken.
Hun basistemplates zijn te inwisselbaar, terwijl je eigen ontwerpen hun lange lijst met drukrichtlijnen tot op de millimeter moeten volgen.
Ik wil geen uren spenderen aan een matig ontwerp dat misschien niet eens ongeschonden uit het druk- en snijproces komt. En jij wilt dat ook niet. Stop die tijd in je eigen specialiteit en vraag een designer voor een uurtje van zijn of haar tijd.
Dit is de kladversie die ik zelf gauw maakte in Word:
Naamkaartje vóór de designer aan de slag ging
Opdracht voor de designer? Voeg op 1 uur tijd iets extra toe aan het design, zonder te raken aan de eenvoud van het ontwerp.
Natuurlijk vroeg ik hem ook om te garanderen dat de kaartjes het productieproces perfect zouden overleven.
Hier zie je het eindresultaat:
Naamkaartje na upgrade van een designer
De petieterige investering meer dan waard, toch?
5. Kijken mag, aanraken móét
Laatste goede raad: kies het materiaal van je naamkaartjes niet door naar een scherm te staren. Alle betrouwbare onlineleveranciers bieden samples aan. Bestel zo’n pakket (yes, gratis geschenkje!) en vergelijk de papiersoorten met je eigen handen.
Ik gaf bijvoorbeeld weinig om een glanzende afwerking. Maar de dikte van het papier vond ik wel belangrijk.
Mijn kaartjes moeten dun genoeg zijn zodat ik er meerdere in mijn portemonnee kan proppen, maar ook dik genoeg zodat ze niet verkreukelen in de portefeuille van een klant in spe.
Samengevat: 5 tips op naamkaart-formaat
Zo, dat waren mijn 5 tips om je naamkaartje om te toveren tot een verkoopkaartje. Even herkauwen:
- Fotootje? Ja, absoluut.
- Te veel details? Nee, dank je.
- Klein, standaard of groot? Standaard, graag.
- Designer bellen of niet? Grijp die gsm.
- Gratis staaltjes? Aanvragen, die handel.
Met deze tips win je geen prijzen voor creativiteit. Maar ze verhogen wél je netwerkrendement.
Neem er je eigen kaartje even bij. Ben je van plan om iets aan te passen? Vergat ik die ene tip die alle andere doet verbleken? Of ben je het heel beleefd heel oneens met het advies hierboven? Ik hoor het allemaal (bijna) even graag in de reacties hieronder.