Exact tien jaar geleden, kondigde Steve Jobs de allereerste iPhone aan. Een innovatie die het hele gsm-landschap op z’n kop zou zetten, al beseften we dat toen nog niet helemaal. De sceptici spoten hun gal over Apple’s nieuwste hebbeding. Tien jaar later kunnen we wel stellen dat ze alvast allesbehalve hun gelijk kregen.
Hier kan je alvast de spraakmakende introducte van Jobs zaliger herbekijken. Entertainend is het alvast. Maar zelfs Jobs had nooit kunnen dromen dat de iPhone zo'n impact op het smartphonelandschap en uiteindelijk ons leven zou hebben.
Een introductie om 'u' tegen te zeggen
Ondergetekende lag toen alvast niet wakker van die iPhone. Als vijftienjarige liep ik toen rond met Nokia 3510, die ik best blits vond - al was het toen eigenlijk al een fossiel. Mocht ik toen iets beter hebben opgelet, zou ik gemerkt hebben hoe Steve Jobs op 9 januari 2007 het podium in San Francisco beklom en ons probeerde te overtuigen van het potentieel van de iPhone. Jobs bezwoer dat dat kleine ding in z’n hand ons leven zou veranderen. “Today, Apple is going to reinvent the phone.”
Maar niet iedereen geloofde zomaar de verlichtende woorden van Jobs. Natuurlijk zag de iPhone er leuk uit, en trouwe Apple fans zouden rijen dik staan aan te schuiven de gsm. Maar, beweerden sceptici, de teleurstelling zou al snel volgen. Geen stylus, geen fysiek toetsenbord. No way dat mensen ooit lange mails op het dingen zouden typen. Ja, die iPhone kon wel wat leuke trucjes, maar het kon vooral ook heel veel niet. Volgens sommigen zou de iPhone snel in het rijtje van mislukte producten belanden.
Geen apps, geen video
Het moet gezegd worden: in het begin kon de iPhone ook echt niet zoveel. De befaamde App Store, bijvoorbeeld, zou pas een jaar later z’n intrede doen. Geen Angry Birds dus. Jobs twijfelde eerst enorm over zo’n functionaliteit. Hij hield nogal graag de touwtjes in handen. Gelukkig bedacht Jobs zich later, want Apple legde toen de fundering voor apps - en hoe we onze smartphone gebruiken.
En het ding was nog gepatendeerd ook! Nou nou.
Ook ontbraken heel wat basisfunctionaliteiten. Zo kon je niet filmen en zelfs zoiets banaals als tekst kopiëren en plakken, ging niet. Het zou verrassend genoeg nog drie jaar duren voor Apple die functie introduceerde. Ook een foto sturen met een sms lukte niet. En klaag je soms dat je te weinig ruimte hebt op je smartphone? Wel, de eerste iPhone had maximum 8 gigabyte ter beschikking.
En duur was 'ie toen ook al.
Internet overal
Het lijkt haast lachwekkend nu, maar desondanks die gebreken, had de iPhone ook heel wat baanbrekende functionaliteiten voor die tijd. Een daarvan was ongetwijfeld het multi-touchscreen, dat meer dan één aanraakpunt kon herkennen. Met andere woorden, plots kon je gemakkelijk inzoomen, uitzoomen, dingen draaien,… met twee vingers. Bovendien was het touchscreen een van de meest accurate en responsieve op de markt die tijd. Dat alles gaf het een enorm intuïtieve UX.
Daarnaast had de iPhone een reusachtige scherm - naar de normen van 2007, weliswaar. Maar plots werd een film kijken met je gsm veel comfortabeler. Ook had het een mobiele web browser. Plots kon je altijd en overal op het internet. Bovendien dwong Apple de telecomoperatoren waar het mee samenwerkte gunstige prijzen voor mobiele data af. Om even je data aan te zetten, hoefde je niet langer meer een nier en je eerstgeborene verkopen.
Niet nieuw, wel vernieuwend
Maar eerlijk: veel van die dingen die Apple als ‘innovatief’ naar voren schoof, bestonden al. Zoals apps, bijvoorbeeld. Maar waar je nu op twee minuten tijd een nieuwe app op je telefoon kan zetten, had dat tien jaar geleden meer weg van de twaalf werken van Herakles. Je moest het hele web afschuimen om een bepaalde applicatie te vinden, dan nog eens uitzoeken welke gsm je precies had - anders zou de app niet werken op jouw mobiel - en dan ook nog eens hopen dat de download lukte én dat de app ook daadwerkelijk werkte.
De sterkte van de iPhone was vooral dat Apple het risico nam al die technologieën en functionaliteiten in één apparaat te bundelen. Iets waar het niet zeker van was dat het werkte, en dat het ooit zou werken. De combinatie van alle functionaliteiten, overgoten met een sausje van doordachte UX, zorgde ervoor dat iPhone de baan legde voor veel van de smartphones die we vandaag kennen. En voor het leven dat we vandaag kennen.
We zijn voortdurend verbonden met het wereldwijde web. We kopen onze buskaartjes via onze smartphone, zoeken er de kortste route mee op, reserveren in onze favoriete restaurant ermee. Meer dan zeventig procent kruipt in bed met z’n smartphone - toegegeven, ook ik behoor tot die zeventig procent. Een smartphone is niet langer een leuke gadget, maar voor sommigen haast levensnoodzakelijk. Een evolutie die zonder de iPhone waarschijnlijk evengoed had plaatsgevonden, maar in mijn ogen is de iPhone de katalysator van dat alles geweest.
Smartphones voor en na de iPhone. Een gevalletje van 'oordeel vooral zelf'.
En nu?
Ook Apple heeft niet te klagen. De iPhone vormt ondertussen de grootste bron van inkomsten voor het technologiebedrijf. Toch is de iPhone op z’n tiende verjaardag niet echt meer revolutionair te noemen. Andere smartphones, zoals een Samsung Galaxy, lijken belachelijk hard op de iPhone van nu. Tien jaar geleden, tussen alle Blackberry’s en flip phones, was dat wel anders. En heeft de iPhone 7 ons eigenlijk iets écht nieuws gebracht? Of zijn we nu te kritisch, en zal over tien jaar blijken dat de wereld eigenlijk al eeuwen zat te wachten op de ‘oortjes zonder draad’? De tijd zal het uitwijzen. Het is soms moeilijk om veranderingen te zien wanneer je er middenin zit.
“Every once in a while a revolutionary product comes along that changes everything,” zei Jobs tien jaar geleden. En of de man gelijk had.