Het zou onprettig stoelendansen zijn met innovatiestrateeg en opiniemaker Youssef Kobo. Voor elk zitje dat in de kring ontbreekt, schuift hij er twee bij aan. Met zijn initiatief ‘A Seat At The Table’ doet hij dat ten dienste van kwetsbare jongeren. “De frustratie waar ik jarenlang mee rondliep? Telkens ik de boardroom van een Belgisch bedrijf of instelling binnenstapte, zag ik alleen maar wit. Eens ik buitenkwam, waren dat alle kleuren van de regenboog.”
Zeker in een stad als Brussel – de thuisbasis van ‘A Seat At The Table’ – viel het Youssef Kobo op hoe divers de straten oogden en hoe weinig er van die verscheidenheid te merken viel op de bedrijfsvloer.
“De afstand is nog altijd erg groot”, stelt de sociaal ondernemer vast. “Bedrijven en het establishment zuchten al tien jaar ‘we vinden ze niet’, terwijl jongeren zeggen ‘we zouden niet weten hoe’. Voor mij vat de quote van Shirley Chisholm, de eerste Afro-Amerikaanse congresswoman, alles samen: if they don’t give you a seat at the table, bring a folding chair. Opportuniteiten komen niet uit de lucht vallen. Wil je opklimmen op de sociale ladder, dan moet je daar hard voor werken. Dat willen we jongeren met ‘A Seat At The Table’ duidelijk maken. Tegelijk willen we ook zoveel mogelijk deuren voor hen helpen openen.”
De goesting maar niet het netwerk
Allereerst: we hebben in België weinig reden tot negativisme, vindt Kobo. Onze scholen, opleidingen en verenigingen lopen over van het talent en op de arbeidsmarkt liggen de opportuniteiten voor het rapen. “Maar helaas blijft iedereen hier in zijn eigen bubble. De verschillende ecosystemen zijn niet goed met elkaar geconnecteerd. Veel van onze tieners en studenten – en dan bedoel ik niet alleen de kwetsbare groep – zijn geïntimideerd door wat er hen te wachten staat op de arbeidsmarkt. Ze hebben goesting en energie, maar tegelijk hebben ze geen aansluiting en geen netwerk. Guidance is voor hen ontzettend belangrijk.”
Die wegwijs wil ‘A Seat At The Table’ jongeren bieden. En bedrijven staan daar absoluut voor open, geeft de bezieler aan. “Veel CEO’s zijn heel bewust bezig met het DNA van hun organisatie en met de opdracht die ze hebben tegenover lokale gemeenschappen. Ik ben de negatieve discussies dan ook een beetje moe, want die komen niet overeen met wat ik zie in de praktijk. Voordat we ‘A Seat At The Table’ hebben gelanceerd, zijn we bijna twee jaar de baan opgegaan om organisaties te overtuigen van ons project. Ik heb daarbij vooral heel veel goodwill gezien. Op de talloze afspraken die ik met bedrijven had – het zullen er iets van een 600 geweest zijn – heb ik nooit een ‘nee’ gehoord.”
Minimum energie, maximum engagement
De vraagstelling naar bedrijven en organisaties toe is dan ook slim gekozen. A Seat At The Table mikt heel bewust op low energy, low commitment. “Wij leggen organisaties voor: wanneer zouden we jullie CEO eens een tweetal uurtjes kunnen lenen? Kunnen we eens langskomen bij jullie bedrijf? Of: is er iemand in jullie organisatie die een workshop kan geven gelinkt aan wat jullie doen? Aan fundraising doen we nauwelijks.”
“Wat we wel heel belangrijk vinden, is rechtstreeks contact en voortdurende wisselwerking. Dat is waar het bestaande initiatieven volgens mij aan ontbreekt: ze laten de verschillende partners te veel met rust in hun eigen cocon. Daardoor blijft de impact al bij al beperkt. Wij proberen week na week de silo’s te doorbreken. Horen wij van bedrijven: ‘we vinden ze niet’, dan brengen wij de jongeren tot aan hun voordeur of tot in de boardroom als het moet.”
Drie clusters, twee profielen
Die insteek resulteerde in drie hoofdactiviteiten, waarvan de wekelijkse CEO round tables het belangrijkste onderdeel vormen. “Elke week delen een paar klinkende namen hun levenservaringen en carrièrelessen”, vertelt Kobo. “Onder andere Jonathan Holslag, Arnaud Feist, Saskia Van Uffelen, Caroline Pauwels, Gwendolyn Rutten, Marianne Thyssen en Bart De Smet passeerden al de revue. En binnenkort gaan we langs bij Christian Van Thillo, Duco Sickinghe, Peter Hinssen, Claire Tillekaerts, Dominique Leroy en Axel Smits.”
“Daarnaast organiseren we ook heel wat bedrijfsbezoeken en bieden we workshops aan rond beroepsvaardigheden, zoals: hoe maak je een cv, wat vertel je bij een sollicitatie of hoe ga je onderhandelen? Met dat hele opleidingspakket willen we jongeren tonen: kijk, dit heeft België op professioneel vlak allemaal te bieden, dit is er allemaal mogelijk voor jou.”
Het fijne is dat we de ene dag pakweg bij de Amerikaanse ambassade zitten en de andere dag bij Google, Tiense Suiker of Proximus
“Het fijne is dat we de ene dag pakweg bij de Amerikaanse ambassade zitten en de andere dag bij Google, Tiense Suiker of Proximus”, legt Kobo enthousiast uit. “Dat triggert ontzettend de nieuwsgierigheid van onze jongeren.” Het aantal inschrijvingen groeit dan ook gestaag. Na een jaar actieve werking telt ons project een 650-tal leden.
“Enerzijds hebben we een groep van ‘kansarme’ jongeren die nog een beetje zoekende zijn thuis of op school. In een tweede groep zitten studenten hoger onderwijs en jonge professionals. Voor de activiteiten worden de groepen gemixt, ook de verhouding ‘allochtoon-autochtoon’ is in evenwicht. We vinden het enorm belangrijk dat beide profielen naar elkaar kunnen opkijken en elkaar kunnen mentoren. Dat werkt ook écht, want wat ze gemeen hebben: het zijn allemaal jongeren die vooruit willen geraken in het leven.”
Extra shot zelfvertrouwen
Hoe ze hun upward social mobility kunnen realiseren, horen de jongeren wekelijks in de rondetafelgesprekken. “Bedrijfsleiders, ministers of eurocommissarissen komen vertellen wat hun job en het leven hen heeft geleerd. Dat te horen van figuren met toch wel enige autoriteit, geeft onze jeugd een ontzettende boost. Welke ontmoetingen mij speciaal zijn bijgebleven? Te veel om op te noemen, maar een heel toffe was bijvoorbeeld die met Geert Noels van Econopolis. Die gaf echt een heel persoonlijke touch aan zijn uiteenzetting. Hij ging voor elk van de deelnemers staan en vroeg: waar ben jij mee bezig, waar wil je naartoe? Dat heeft indruk gemaakt, onze jongeren voelden zich echt au sérieux genomen.”
“Nog een interessante kennismaking was die met Thierry Geerts van Google Belgium. Die vertelde met een enorme drive hoe digital de wereld aan het veranderen is. Nadien kregen we heel wat reacties in de trant van: ‘misschien moet ik maar een master Artificial Intelligence gaan doen’. Toch wel fantastisch dat zo’n ontmoeting een dergelijke impact kan hebben.”
We gooien gemeenschappen die elkaar niet vaak tegenkomen tegen elkaar aan en zien wat eruit komt. Heel boeiend is dat
“Ik herinner me ook nog heel levendig het jaarevenement van technologiefederatie Agoria waarvoor we een uitnodiging hadden gekregen”, vervolgt Kobo glunderend. “Veel van onze jongeren begaven zich voor het eerst in zo’n chique setting. Die persoonlijke aandacht was voor hen, maar ook voor de 750 aanwezige bedrijfsleiders heel verrijkend en opwindend. Dat is ook precies wat we willen bereiken: die nieuwe, spannende dynamiek creëren in het Belgische bedrijfsleven. We gooien gemeenschappen die elkaar niet vaak tegenkomen tegen elkaar aan en zien wat eruit komt. Heel boeiend is dat.”
Internationaal schaalmodel
Met ‘A Seat At The Table’ heeft Youssef Kobo naar eigen overtuiging een methodologie in handen die niet alleen innovatief, maar ook perfect kopieerbaar en schaalbaar is. “Ik kom zelf van de onderste trede van de sociale ladder en kan eerlijk zeggen dat ik hard heb moeten strijden om omhoog te geraken. Maar het kan allemaal een pak makkelijker, vinden wij. Je moet alleen de juiste opportuniteiten ter beschikking stellen.”
“De basis is gelegd, nu willen we focussen op groei. Binnenkort starten we een aantal nieuwe trajecten op, waaronder JFK -met een focus op leiderschapsvaardigheden-, EU round tables, Women In - workshops specifiek gericht op jonge vrouwen -, Moonshots - een project waarmee we ondernemerschap willen stimuleren bij onze jongeren - en Level Up - een online jobplatform gericht op de techsector in samenwerking met Agoria.”
“We willen binnen afzienbare tijd ook lanceren in andere centrumsteden”, klinkt het onverholen ambitieus. “Antwerpen zal eerst aan de beurt zijn, daarna komt Mechelen. Ook in Londen zijn we wat van plan. Een erg interessante setting is dat, als één van de meest ongelijke steden ter wereld.”
Aan internationale uitstraling ontbreekt het A Seat At The Table in elk geval niet. Al wat hip en bekend is, heeft zich achter het initiatief geschaard. Staan onder andere op de website vermeld als ambassadeur: Adil El Arbi, Aster Nzeyimana, Dalila Hermans, Danira Boukhriss, Fatma Taspinar en Ish Ait Hammou. Waar konden we ons ook alweer aanmelden voor de Club, zei u?