Als VDAB-topman had Fons Leroy heel veel invloed, maar ook na zijn pensioen blijft hij een belangrijke stem in het debat over werkbaar werk. In zijn nieuwe boek ‘Een vaccin voor de arbeidsmarkt’ legt Leroy de door COVID-19 lelijk ontstoken pijnpunten van ons huidig beleid nog eens bloot. “Er is weer veel meer stress, burn-out en onwelzijn op het werk. De winst die we de laatste tien jaar hebben geboekt, zijn we in korte tijd weer kwijtgeraakt en dat komt heus niet alleen door de coronacrisis.”
“Mijn boek gaat over de arbeidsmarkt, maar vooral ook over opleiding, vorming en onderwijs”, zet Fons Leroy graag de puntjes op de i. “In ‘No Jobs’, mijn vorige boek uit 2018, haalde ik die onderwerpen al eens aan maar de coronacrisis maakt nog eens duidelijk hoe belangrijk de combinatie van leren en werken is. Deze keer formuleer ik concrete voorstellen om werk aantrekkelijker te maken.”
Thuiswerk: een blijver (of niet)
Op de arbeidsmarkt is thuiswerk is één van de meest zichtbare gevolgen van de coronacrisis. Minder face-to-facecontact is plots evident. Thuiswerk heeft een enorme boost gekregen en veel werknemers raakten er opvallend snel aan gewend. Digitaal komt in een stroomversnelling.
“Of thuiswerk in deze mate een blijver is, weet ik eerlijk gezegd niet”, zegt Leroy. “Tussen de twee coronapieken in kwam de gewone manier van werken al snel weer terug. Verworven is thuiswerk als volwaardig deel van werkweek nog niet, maar ik vind dat we ernaar moeten streven. De persoonlijke en maatschappelijke voordelen zijn groot. Die kunnen we in collectieve arbeidsovereenkomsten gieten, of er individuele afspraken over maken tussen werkgever en werknemer. Thuiswerken moet natuurlijk wel sporen met de doelstellingen van een organisatie.”
“Ondernemingen in de publieke en de private sector schakelden plots heel snel over naar digitaal”, vervolgt hij. “Online shopping ging door het dak. Vóór corona was er heel wat scepsis over digital only services, maar dat is helemaal omgeslagen. Heel wat organisaties zijn van de ene dag op de andere in het bad getrokken.”
Technologie to the rescue
Fons Leroy is voorzitter van het Gespecialiseerd Team Bemiddeling (GTB) dat mensen met een beperking of gezondheidsprobleem aan werk helpt. Inclusie is voor hem dé voorwaarde voor een gezonde arbeidsmarkt. In zijn boek geeft hij aan hoe nieuwe technologische ontwikkelingen werk aantrekkelijker kunnen maken en méér mensen aan een job kunnen helpen.
“Automatisering maakt fysiek zwaar werk of repetitief werk lichter, dat ligt voor de hand. Maar spraak- en beeldtechnologie kan ook helpen tegen stress en burn-out en heeft potentieel om minderheden en mensen met een beperking vlotter in te schakelen op de arbeidsmarkt. Digitalisering leidt tot nieuwe verhoudingen op de werkvloer. Technologie hoeft geen jobs te kosten, integendeel. We moeten mikken op cobotisering: de match tussen je eigen competenties en automatisering.”
Waar het écht om gaat, is hoe we mensen wendbaar en weerbaar kunnen maken in het licht van die veranderende omstandigheden in hun job en op de bredere arbeidsmarkt
Digitalisering of niet, veel jobs kwamen dit jaar compleet onverwacht in de gevarenzone door een black swan event, in de vorm van een pandemie. Hele sectoren lijken onherstelbaar beschadigd door corona. Wie zijn de winnaars en de verliezers en wat is het toekomstperspectief? “Ik zie in digitalisering en robotisering altijd positieve verhalen”, ontwijkt hij de vraag.
“Na een crisis zie je meestal dat de werkgelegenheid sterk daalt, maar daarna ligt het werkgelegenheidspeil dan wel weer hoger dan vóór de crisis. Ik ben dus helemaal niet pessimistisch over de toekomst na of met corona. Technologische ontwikkelingen creëren altijd massaal nieuwe jobs. Waar het écht om gaat, is hoe we mensen wendbaar en weerbaar kunnen maken in het licht van die veranderende omstandigheden in hun job en op de bredere arbeidsmarkt.”
Eenentwintigste-eeuwse vaardigheden
“Daarvoor moet je investeren in hun generieke vaardigheden. Ik heb al veel gepubliceerd - ook in mijn vorige boek - over die future proof skills. Creatief en kritisch denken, sociale en culturele vaardigheden, zelfregulering, … zodat mensen proactief kunnen inspelen op veranderingen door zelf hun loopbaan in handen te nemen. Ze moeten leergoesting hebben en voortdurend willen werken aan hun zelfontwikkeling.”
“Trek de lijn eens door: in Silicon Valley worden medewerkers al lang aangeworven op basis van een project dat ze willen realiseren. Werkgevers kijken er naar passie, niet naar een diploma. Daar kunnen we van leren. Zo’n match is bij ons nog altijd een nieuw soort verhouding tussen werkgever en werknemer.”
82 procent van de Vlamingen is niet overtuigd van de noodzaak van levenslang leren. In een continu veranderende wereld, is dat bepaald geen goede ingesteldheid
Wie werkt ertoe aanzetten om zichzelf continu professioneel te ontwikkelen en zich die ‘vaardigheden van de eenentwintigste eeuw’ eigen te maken, kan volgens Fons Leroy op veel manieren. “Ja. Alleen blijft ‘leren’ bij ons een pijnpunt, als je de resultaten ziet van een OESO-enquête over de Vlaming en zijn werk”, zegt hij. “Maar liefst 82 procent is niet overtuigd van de noodzaak van levenslang leren. In een continu veranderende wereld, is dat bepaald geen goede ingesteldheid. Daar is heel wat werk aan de winkel.”
“Wat je kan doen, is die nieuwe vaardigheden opnemen in de eindtermen van het onderwijs. Of ze pedagogisch inbedden in het opleidingsaanbod van bedrijven, sectoren, VDAB, Syntra… de manier van opleiding geven kan interactiever. Je kan er een groepsdynamiek in brengen. Meer gebruik maken van blended vormen van leren is er nog zo één.”
“Dat zijn vrij eenvoudige manieren om competenties voor je beroep te verwerven én de generieke vaardigheden die het je mogelijk maken om wendbaar en weerbaar te blijven. Daar pluk je de vruchten van als je werkgever reorganiseert of nieuwe machines of software introduceert en je vlotter en met minder drempelvrees een loopbaantransitie maakt.”
Bedrijven als ‘huizen van werkvermogen’
Ook de werkbaarheid van onze jobs is een pijnpunt. Die gaat er in Vlaanderen gestaag op achteruit, aldus Fons Leroy. “De winst die we de laatste tien jaar hebben geboekt, zijn we in korte tijd weer kwijtgeraakt en dat komt heus niet alleen door de coronacrisis. Er is weer veel meer stress, burn-out en onwelzijn op het werk. De sectoren die erop achteruit gaan, kregen niet toevallig tijdens de coronacrisis de hardste klappen. De zorgsector, maar ook de transportsector en de voedingsindustrie kreunen onder de werkdruk.”
“In mijn nieuwste boek geef ik aan over hoe bedrijven kunnen evolueren tot ‘huizen van werkvermogen’. Dat is een model van de Fin Juhani Ilmarinen. De basis ervan is de gezondheid van medewerkers. Je hebt een holistisch en duurzaam HR beleid nodig om te zorgen voor een permanente fit tussen medewerker en bedrijf, niet alleen op het vlak van competenties maar ook als het gaat over gezondheid, waarden en autonomie.”
In een ‘huis van werkvermogen’ bind je medewerkers op basis van hun gezondheid, gedeelde waarden en normen en de juiste competenties
Eén voorbeeld dat Leroy aanhaalt in zijn boek is Jansen Pharmaceutica. Het bedrijf doorliep een traject met vakbonden en werknemers om er een “huis van werkvermogen’ van te maken: gezonde werknemers staan voorop. “Jansen Pharmaceutica laat zijn mensen langer met goesting werken. Dat is bij hen wel een groot succes geworden, maar het is generiek toepasbaar op elke sector en op elke organisatie. Een HR-beleid dat daarop afgestemd is, maakt een groot verschil.”
“In een ‘huis van werkvermogen’ bind je medewerkers op basis van hun gezondheid, gedeelde waarden en normen en de juiste competenties. Je creëert autonome medewerkers, gelijkwaardige partners die het ondernemingsdoel delen en zo een duurzame relatie aangaan met het bedrijf.”
De corona class van 2020
Wie dit jaar afstudeerde of de school verliet, wordt al gelabeld als de ‘corona class van 2020’. Hun toekomst staat on hold, verder studeren lijkt ook minder aantrekkelijk door de rem op live onderwijs. “Toch geldt voor wie zijn studies wil afronden tijdens een crisis dat je het beste verder je competenties vergroot in plaats van meteen je kans te wagen op de arbeidsmarkt”, stelt Leroy. “Dat is zo als je er na je middelbaar een streep onder wil zetten, maar ook als universitair kan je beter een bijkomende master volgen.”
De voormalige VDAB-topman is echter optimistisch: “Op termijn kom je wel aan de bak: de vergrijzing zorgt dat er steeds meer arbeidsplaatsen vrijkomen. De komende tien jaar zijn er voor elke 100 mensen die op pensioen gaan maar 82 jongeren op de arbeidsmarkt instromen. En je ziet dat de VDAB ondanks corona nog steeds vacatures ontvangt, al is het maar 1/3 van het aantal van vóór de crisis.”
“Dat is toch een ander plaatje dan toen ik werk moest zoeken tijdens de crisis van de jaren tachtig. In die periode waren er géén jobs en creëerde men nepstatuten voor jongeren. Nu zie je in essentiële sectoren als zorg en transport toch een grote vraag naar werknemers.”
Horeca, cultuur en toerisme en andere sectoren die aangewezen zijn op fysiek contact, evolueren naar een nieuwe evenwicht. En dat ziet er niet noodzakelijk positief uit. “Dat gaat niet zonder slag of stoot”, geeft Leroy toe. “Maar ik zie ook wel innovatie. Zoals filmregisseurs die kortfilms maken die social distancing en mondmaskers in hun werk meenemen. Hetzelfde geldt voor toerisme: Toerisme Vlaanderen zet alles in op online en digitaal. Dat opent weer nieuwe mogelijkheden.”
Recepten uit het verleden
Een voorwaarde voor een doorbraak van werken en leren een sterke regisserende overheid én sociale partners die op de lange termijn meedenken. Over ons arbeidsmarktbeleid is Fons Leroy een stuk minder positief. “Nu zie je vaak maatregelen in functie van de beschikbare middelen, niet van maatschappelijke doelen. Een gebrek aan een integrale visie ligt aan de basis van het coronadrama in de woonzorgcentra, maar dat geldt evengoed voor de arbeidsmarkt. Kijk, Oostenrijk koppelt een hertewerkstellingsrecht aan het ontslagrecht. Waarom zouden wij dat niet doen?”
“We blijven maar vasthouden aan de recepten uit het verleden. Tijdens de financiële crisis van 2008 legde ik al in de raad van bestuur van de VDAB het voorstel neer om tijdelijke werkloosheid te koppelen aan opleiding. Het sociaal overleg stak stokken in de wielen. Anno 2020 maken we nog steeds geen positief en duurzaam gebruik maken van tijdelijke werkloosheid door er bijkomende opleidingen aan te koppelen.”
Opvallend: Fons Leroy benadrukt het belang van interne flexibiliteit en jobmobiliteit binnen bedrijven. Een consequentie is: minder onderaannemers - lees: kmo’s en freelancers - inschakelen. Spreekt daar de voormalige statutaire ambtenaar? “Kijk, Nederland heeft een grotere performantie dan wij, kijkt kritisch naar de eigen ontwikkelingen en formuleert voorstellen die maken dat ze ook in de toekomst voldoende sterk staan. Net voor de coronacrisis werden er twee rapporten uitgebracht met daarin voorstellen voor nieuwe afspraken om werk en de economie anders in te richten op basis van de VN-duurzaamheidsdoelstellingen rond werk.”
Werk zoveel mogelijk intern houden
Duurzame arbeidsrelaties gekoppeld aan meer interne flexibiliteit zijn belangrijke aandachtspunten, vindt Leroy. “Minder externe flexibiliteit – uitbesteden – is daarvan een consequentie. Lijkt me nuttig, omdat je binnen je organisatie duurzame arbeidsrelaties moet aangaan. Bedrijven willen de eigen medewerkers duurzaam aan zich binden. Dat vereist meer flexibiliteit voor interne medewerkers maar ook een beperking van die externe schil. Platformwerken en de ZZP-evolutie hebben beperkingen op het vlak van vormings-, ontplooiings- en bevorderingsmogelijkheden.”
Bedrijven willen de eigen medewerkers duurzaam aan zich binden. Dat vereist meer flexibiliteit voor interne medewerkers maar ook een beperking van die externe schil
“De uitdaging daarbij naar de uitzendsector en freelancers is dat je ook die medewerkers ontwikkelings- en loopbaanmogelijkheden biedt. Wie onderneemt en freelancet - zoals mijn eigen zoon doet, dus ik weet waar ik het over heb - kiest daar bewust voor. Je kan daarbij ook onderhandelen met opdrachtgevers om mee in hun vormingsaanbod te stappen. De meeste sectoren moeten zich ook op dat vlak heruitvinden.”
Leren van Nederland
Nederland is duidelijk een bron van inspiratie voor Fons Leroy, die pas ook een bijdrage leverde aan de publicatie ‘Utopie voor realisten - De verrekijker voor toekomstdenkers’ van hoogleraar Jan De Groof. Daarin wordt 2050 verkend door Vlaamse en Nederlandse denkers. Leroy houdt er toekomstberoepen in tegen het licht zoals virtual reality coach, levenseindeplanner of 3D-printexpert.
“Het is een confrontatie tussen Vlaanderen en Nederland”, zegt hij. “De werkgerelateerde thema’s komen ook aan bod in ‘Vaccin voor de arbeidsmarkt’. Mijn boodschap is dat we van elkaar kunnen leren om oude paradigma’s overboord te gooien dankzij de technologische vooruitgang en zo een vaccin te vinden voor een gezonde, eigentijdse arbeidsmarkt. Dan gaan we er in de Lage Landen met zijn allen op vooruit.”