Stijn Ronsse, auteur van het boek ‘Als de raket niet opgaat’
Een snelle, spectaculaire lancering gevolgd door een al even snelle en spectaculaire crash. Het is wat volgens Stijn Ronsse nog te veel innovatietrajecten overkomt. Met ‘Als de raket niet opgaat’ schreef hij een laagdrempelig boek over innovatie, opgehangen aan de 12 belangrijkste valkuilen voor organisaties die willen innoveren. “Organisaties laten het laaghangend fruit liggen. Ze staren zich zodanig blind op grote en spectaculaire innovaties dat ze niet zien dat ze met kleine en realistische vernieuwingen al een heel groot verschil kunnen maken.”
Innovatie toegankelijk maken
Stijn Ronsse is Operations Manager bij CAPTURE, het – hou u vast - Centre for Advanced Process Technology for Urban Resource Recovery. Verschillende onderzoekers aan vier kennisinstellingen (UGent, VITO, UA en VUB) bundelen de krachten met bedrijven om op een disruptieve manier bij te dragen aan de circulaire economie. Hij werkte eerder als consultant, als onderzoeker en gastprofessor in de economie en bij autobouwer Volvo. Al die ervaringen bundelde Ronsse nu in een boek over innovatie.
“Er komt vandaag een stortvloed aan informatie op ons af. Mensen kunnen door de bomen het bos niet meer zien. Ik wil innovatie toegankelijk maken, ook voor mensen die er niet elke dag met hun neus bovenop zitten. Het is te belangrijk om alleen aan CEO’s en innovatiemanagers over te laten. Bovendien is er nu een momentum. We staan aan de vooravond van de economische relance na COVID-19 en innovatie wordt dé sleutel om ons uit de coronacrisis te halen.”
Gebraden kippen en raketten
De raket uit de titel van het boek verwijst volgens Ronsse naar twee populaire misverstanden over innovatie. “Veel organisaties denken dat ze de raket gewoon even moeten lanceren, en die dan definitief vertrokken is. Maar dan volgt vaak een snelle crash. Innovatie is keihard werken, je moet daarvoor de mouwen opstropen. Grootse plannen die met veel tromgeroffel aangekondigd worden, leiden zelden tot structurele en volgehouden innovatietrajecten. Vooraan in het boek staat een citaat van mijn grootmoeder: ‘Gebraden kippen vliegen niemand zomaar in de mond’. Ze had het niet over innovatie, maar ik vind het een heel toepasselijke uitspraak. Innovatie gebeurt nooit zomaar uit het niets.”
Grootse plannen die met veel tromgeroffel aangekondigd worden, leiden zelden tot structurele en volgehouden innovatietrajecten
De raket verwijst ook naar de spectaculaire innovaties, naar de Elon Musks van deze wereld, merkt Ronsse op. “Die innovaties kunnen ook ontmoedigend werken, omdat ze het idee opwekken dat innovatie iets voor enkelingen is. Neem nu een technologie als artificiële intelligentie. Bedrijven storten zich halsoverkop op zo’n nieuwe technologie, begrijpen ze niet en stoppen dan maar met innoveren. Terwijl iets als AI minstens de vijfde stap in een innovatietraject moet zijn, nooit de allereerste. Tenzij je natuurlijk een traject met experts uitbouwt.”
“Organisaties laten het laaghangend fruit liggen. Ze staren zich zodanig blind op grote en spectaculaire innovaties dat ze niet zien dat ze met kleine en realistische vernieuwingen al een heel groot verschil kunnen maken. Ze vergeten de innovaties die haalbaar en betaalbaar zijn maar ook veel impact hebben. Deze kunnen bovendien als basis dienen om het innovatietraject verder uit te bouwen.”
Valkuilen voor innovatie
Ronsse beschrijft in zijn boek 12 valkuilen aan voor innovatie. “Er zijn heel veel factoren die invloed hebben op innovatie. Organisaties houden nog te weinig rekening met al die factoren. Het begint al bij het draagvlak voor innovatie en bij het overstijgen van silo’s. Innovatie lukt alleen als iedereen mee aan boord is. De innovatiecel mag nog zo’n fantastisch vernieuwende dingen bedenken, die ideeën zijn niets waard als andere mensen ze niet bouwen, in de markt zetten en verkopen. Omgekeerd zijn het medewerkers uit andere afdelingen die de innovatiecel signaleren waar ze voor moet gaan. Innovatie vraagt een connectie.”
Het waarom van innovatie – het einddoel - moet doordringen tot de medewerkers, benadrukt Ronsse. “Ik ben economist van opleiding, het is bij mij ingepeperd dat alles begint met een prikkel. Organisaties moeten hun mensen overtuigen van het belang van innovatie. Dit kan bijvoorbeeld door ook op bedrijfsniveau in te zetten op missiegedreven vernieuwen. Organisaties stellen een langetermijndoel voor, zoals hun CO2-uitstoot met zoveel procent terugdringen, en koppelen dat aan tussentijdse projecten en uitdagingen. Dat hogere doel is de maïzena die alle innovaties met elkaar verbindt. De missie is een krachtige motor om voldoende draagvlak te creëren.”
Niet het privilege van Silicon Valley
Een typisch Belgische valkuil waar Ronsse voor waarschuwt, is dat veel bedrijven denken dat ze hier niet kunnen innoveren. “Dat pessimisme focust te veel op de negatieve aspecten. Innovatie is niet het privilege van Silicon Valley. Ons land heeft een bijzonder groot innovatiepotentieel. We hebben goede universiteiten die heel wat talent opleiden, kennisinstellingen met een sterke internationale reputatie, bedrijven die in hun sector wereldtop zijn, en de laatste jaren zijn daar ook nog eens heel wat innovatieve start-ups en stilaan ook meer en meer scale-ups bijgekomen. We horen niet bij de absolute innovatiekampioenen, maar we zitten nu ook weer niet zo ver achter de kopgroep.”
Innovatie is niet het privilege van Silicon Valley. Ons land heeft een bijzonder groot innovatiepotentieel
Om de kloof met die kopgroep te dichten, gelooft Ronsse sterk in innovatienetwerken. “Er zijn al heel wat stappen gezet en er zijn organisaties die de smeerolie zijn in het innovatienetwerk, maar de bedrijven en de kennisinstellingen werken nog te veel op hun eigen eilanden. Om een hippe term te gebruiken: we moeten nog meer in de richting van een ecosysteem voor innovatie evolueren. Bedrijven moeten slim connecteren, zowel onderling, als met kennisspelers, overheden en andere actoren. Ze moeten kennis durven delen en expertises bundelen. Zowel intern als extern is netwerkdenken cruciaal om succesvol te innoveren. De meest innovatieve organisaties kunnen de locomotieven van die netwerken zijn.”
Radar opzetten
Welke impact heeft COVID-19 op de innovatiekracht van bedrijven? Zetten ze hun innovatie on hold, of schakelen ze net een versnelling hoger? “Het is een dubbel verhaal”, zegt Ronsse. “Innovatie wordt samen met duurzaamheid en digitalisering het speerpunt van de relance na de coronacrisis. Het tijdvak is ideaal om voluit de kaart van innovatie te trekken. Bedrijven die zijn blijven innoveren, vertrekken na COVID-19 met een voorsprong op de concurrentie. Tegelijkertijd is het normaal dat bedrijven in crisistijden harde keuzes moeten maken, je kan elke euro maar één keer uitgeven.”
Innovatie wordt samen met duurzaamheid en digitalisering het speerpunt van de relance na de coronacrisis. Het tijdvak is ideaal om voluit de kaart van innovatie te trekken
“Maar ook zonder gigabudgetten kan je al heel wat doen. Ik hamer in het boek stevig op het belang van exploratie. Ook als je zelf even geen middelen hebt voor grote innovatietrajecten kan je je radar opzetten. Ik geloof heel sterk in kennisverspreiding. Het is niet nodig om zelf elke keer het warm water opnieuw uit te vinden. Verken de kracht van netwerken en kijk over het muurtje naar wat er bij anderen beweegt op innovatiegebied.”
“Dat is vandaag helemaal niet moeilijk. De tijdsgeest is volop gericht op het delen van kennis en er is dusdanig veel informatie beschikbaar - denk aan de vele podcasts, webinars, media zoals Bloovi - die tonen waar andere organisaties en bedrijven zoal met bezig zijn. Als je nu je antennes uitsteekt, kan je na de coronacrisis sneller opnieuw aanknopen met innovatie.”
Haas of schildpad?
“Het is belangrijk om niet stil te vallen”, besluit Ronsse. “Het is begrijpelijk dat de innovatiebudgetten tijdelijk krimpen, maar waak erover dat tijdelijke maatregelen geen permanente maatregelen worden. Schuif een groeipad naar voor dat je gaat volgen als de zaken weer beter gaan.”
“Innovatie is een beetje zoals het verhaal van de haas en de schildpad. De haas vertrekt razendsnel, maar halverwege is hij zo uitgeput dat hij wordt voorbijgestoken door de schildpad. Je moet innovatie volhouden. Het is nooit afgerond. Een voorsprong is nooit voor eeuwig. De wereld staat niet stil, technologie evolueert razendsnel. We kennen allemaal bedrijven die onaantastbare marktleiders waren en nu amper nog een figurantenrol spelen, gewoon omdat ze stopten met innoveren. De echte innovatiekampioenen zijn de bedrijven die zoals marathonlopers blijven gaan en die op het juiste moment nog eens extra kunnen versnellen.”