Meer flexibiliteit op de arbeidsmarkt zou volgens een grote meerderheid van onze Vlaamse ondernemingen leiden tot extra jobs. Zeven op de tien ondernemers vindt daarenboven de Vlaamse arbeidsmarkt onvoldoende flexibel, dat blijkt uit een bevraging van Voka. Daarbij wijzen ondernemers vooral op de rigiditeit op de arbeidsmarkt: “We zijn niet klaar voor de 21stee eeuw”, aldus Hans Maertens, gedelegeerd bestuurder bij Voka. “In ons land zijn er geen goede regelingen voor flexibele en atypische arbeid. De scheiding tussen werknemer en zelfstandige wordt steeds dunner en nieuwe arbeidsvormen zijn in opmars. Onze arbeidsmarkt moet zich daaraan aanpassen.” Platformarbeid en flexi-jobs zijn hiervan een voorbeeld. Voka vraagt om op korte termijn het debat over de arbeidsmarkt van de toekomst op te starten.
Technologische evoluties hebben een grote impact op ons leven, maar ook op de arbeidsmarkt. Zo zullen het aantal jobs wijzigen – een aantal klassieke banen zullen verdwijnen, nieuwe vormen van arbeid daarentegen duiken op. De inhoud van die jobs zal bovendien drastisch veranderen: het wordt niet langer een kwestie van functie, maar van taken en competenties. De manier waarop we werken zal ook drastisch veranderen. We evolueren stap voor stap naar een diensteneconomie waarin we plaats- en tijdsonafhankelijk werken – op kantoor, thuis, onderweg, en niet volgens het schema ‘nine to five’ op een vaste plek, …
Ook bij onze Vlaamse ondernemers is er een duidelijke verandering. Uit een bevraging bij 400 Vlaamse ondernemers blijkt dat vier op de tien ondernemers vandaag al een duidelijke trend zien binnen de onderneming naar meer verzelfstandiging. Freelancers, jobdelen, platformarbeid, gelegenheidsarbeid, flexijobs, … zijn daarbij vormen die steeds meer aan belang winnen. Drie op de tien ondernemers zien het vandaag nog niet in de onderneming, maar voorspellen wel meer vraag naar flexibiliteit in de toekomst.
Toch is onze Vlaamse arbeidsmarkt daar niet klaar voor. Zo vindt 70% van de ondervraagde ondernemers onze arbeidsmarkt onvoldoende flexibel. De helft van de ondernemers signaleert dat dat een directe impact heeft op de werking van de onderneming. Vooral de wetgeving omtrent flexibele arbeidsvormen is te complex. Nochtans is het merendeel van de ondernemers overtuigd dat een meer flexibele arbeidsmarkt zou leiden tot extra jobs. Zo'n 33% van de ondernemers geeft ook aan binnen het eigen bedrijf bereid te zijn tot extra aanwerving mits meer flexibiliteit.
Onderscheid tussen werknemers en zelfstandigen is te groot
De ondernemers geven in de bevraging aan dat het werknemerstatuut te rigide is. Daarenboven dreigt er een wildgroei te ontstaan van allerlei werkvormen. “Ad-hocbeleid is troef”, aldus Maertens. “Er zijn wel degelijk mogelijkheden maar deze zijn te versnipperd. Telkens als er een behoefte of probleem is wordt er gezocht naar een oplossing op maat. Dit zorgt voor veel verwarring op de arbeidsmarkt. Veel ondernemers vinden het te complex.”
Voka pleit daarom voor een grondige discussie over de toekomst van de arbeidsmarkt. Uit de bevraging van Voka blijkt dat acht op de tien werknemers positief staan ten opzichte van een derde statuut dat enerzijds voorziet in voldoende bescherming en minimale rechten maar anderzijds ruimere flexibiliteit, inzetbaar en autonomie toelaat.
“We dreigen opnieuw de boot te missen”, aldus Maertens. “Als we niet oppassen zullen onze buurlanden ons opnieuw voorbijsteken. We moeten daarbij het warm water niet opnieuw trachten uit te vinden: in het buitenland zijn er tal van goede voorbeelden. Laat ons op korte termijn kijken hoe we daaruit inspiratie kunnen halen voor onze arbeidsmarkt.”