Dit artikel werd gebaseerd op een interview van Tumble Talks. De volledige aflevering kan je hierboven bekijken.
Je herkent het waarschijnlijk wel: dagelijks rushen van meeting naar meeting, snel tussendoor iets binnensteken als lunch, ‘s avonds na het werk nog wat sporten en in het weekend afspreken met vrienden of familie. Onderneemster Katrien De Hert moest en zou dat allemaal combineren. Tot haar lichaam zelf aan de handrem trok. In oktober 2016 crasht Katrien’s centrale zenuwstelsel terwijl ze onderweg is op de autostrade. “Alles wat voelen is - ook alle vrouwelijke energie - stond voor mij gelijk aan zwakte”, vertelt Katrien De Hert in een moedig gesprek met Rutger Desmedt, die met Tumble Talks ondernemers interviewt over hun gefaalde startup, zodat andere ondernemers ervan leren en niet dezelfde fouten maken.
Vuistje!
Al voor mijn interview met Katrien, besefte ik dat dit voor haar niet zomaar even ‘met de vingers in de neus’ was. “Helaas laat m’n lichaam het weer niet toe om onze afspraak te laten doorgaan. Ik vind het super lastig weer te moeten annuleren, mijn oprechte excuses”, moest Katrien me tweemaal vlak voor onze afspraak laten weten. Zelf graag willen, maar je lichaam dat jou gewoonweg resoluut tegenhoudt, dat is een vies iets. Toch lukte het Katrien de derde keer. Vuistje!
Dubbele shiften
Al heel snel had Katrien het door: bedrijven zetten vaak nog in op verkooppraatjes en reclame, terwijl mensen zelf stuk voor stuk een mogelijke ambassadeur zijn voor bedrijven als je hen actief betrekt. Eens zo’n idee in je hoofd begint te spelen, is het vaak nog moeilijk om dat links te laten liggen. Al bij haar laatste werkgever begon Katrien dubbele shiften te draaien. “Overdag werkte ik nog dedicated aan de projecten van mijn vaste job, en dan ‘s avonds en in de weekends was ik volop bezig met het uitwerken van het concept voor mijn idee”, vertelt Katrien.
“In het begin was ik zo enthousiast over mijn idee. Ik kende daar geen grenzen in.”
“Bovendien wou ik mijn sociaal leven ook niet opgeven”, gaat Katrien verder. Na enkele maanden geeft Katrien’s lichaam al de eerste signalen. “Ik herinner me nog die vrijdagavond. Ik kwam thuis na een drink bij één van mijn klanten, en zette me nog even in de zetel met een kopje thee. Nog geen minuut later werd ik wakker met een gil. Ik was met de kop thee in slaap gevallen. Aan mijn bovenbuik had ik een serieuze brandwonde door het hete water.”
Katrien besefte dat dit niet oké was, maar bleef in de periode die volgde toch op volle kracht vooruit gaan. Het duurt dan ook niet lang voordat haar lichaam nieuwe signalen gaf. Katrien kreeg voortdurend krampen in haar maag en bovendien werd ze elke vrijdagnacht om klokslag 2u00 wakker om over te geven. “Voor mij was dat toen normaal. Dat hoorde zogezegd bij ondernemen: even de stress van de week er uit, en dan kon mijn weekend beginnen.”
Toch was het wat kalmer aan doen geen optie. In de maanden die volgen gaat het van kwaad naar erger. “Ik moet wel toegeven dat ik het ergens heb zien aankomen. Op een gegeven moment lukte het zelfs niet meer om simpelweg te luisteren naar mijn vriend. Het was gewoon op.”
Fatale crash.
Op 19 oktober 2016 crasht Katrien volledig. “Ik vertrok met het dochtertje van mijn vriend in de auto op de E313. Ik deed voortdurend mijn zonnebril op en af, want ik zag wazig. Ik kon slechter en slechter ademen en kreeg klamme handen”, vertelt Katrien. Ze voelt haar volledig wegzakken en kan zich nog net aan de afrit van Kontich aan de kant zetten. “Mijn lichaam verstijfde helemaal. Ik stond in een soort van brugtoestand. Ik zag lijkbleek en had een vreemde blauwe schijn rond mijn mond. Ik kon tegen het dochtertje van mijn vriend nog zeggen dat ze zeker niet mocht uitstappen, wat er ook gebeurde. Ik dacht echt dat ik zou doodgaan.”
Een tetanie-aanval, ofwel een crash van het centrale zenuwstelsel is het verdict nadat ze opgenomen wordt in het ziekenhuis. “Het is toen dat de zoektocht begonnen is. Ik was dan wel gecrashed, maar ging er van uit dat dat de week erna wel beter zou zijn. Ik besef nu dat dat mijn lichaam was dat aan de handrem trok.”
Sindsdien zit Katrien in een herstelproces, en dat is niet altijd even gemakkelijk. “Ik haatte mijn lichaam in de eerste maanden. Ik had zoiets van: waarom werk jij nu niet gewoon mee? Ik heb altijd heel sterk met mijn hoofd geleefd. Voelen… dat deed ik gewoon niet. Alle vrouwelijke energie was voor mij een teken van zwakte”, gaat Katrien verder. Ondertussen zette Katrien al heel wat stappen op mentaal vlak, maar toch wil haar lichaam nog niet mee. “Je geeft jezelf weinig tijd: ik heb mijn lichaam vijf jaar lang kapot gemaakt, en toch zou ik willen dat ik op enkele maanden helemaal beter ben.”
“Voelen… dat deed ik gewoon niet. Al mijn vrouwelijke energie was voor mij een teken van zwakte”
Wat je doet vs. wie je bent
Vandaag beseft Katrien dat ze vooral leefde in functie van wat zij dacht dat anderen van haar verwachtten. “Ik was vroeger echt overtuigd dat mensen je alleen graag kunnen zien om wat je doet, en niet om wie je bent. Ik leefde toen niet als de persoon die ik echt ben. En dat is heel confronterend”, wordt Katrien wat emotioneel. Een belangrijke les die ze trok, heeft dan ook een grote invloed op de manier waarop ze vandaag omgaat met haar klanten. “Het gaat er vooral om dat je samen naar iets toe kan werken. Dat er een klik is en kan connecteren. Dat is veel belangrijker dan direct je mails te beantwoorden of elke telefoon op te nemen.”
Wanneer het gaat over het belang van zelfzorg, krijgt Katrien het even moeilijk. “Ik kan het woord bijna niet uitspreken… Als ik nu nadenk over hoe hard ik mijn lichaam heb kapot gemaakt, dan heb ik zoiets van: 'Allez Katrien, hoe kan het nu dat je dat niet hebt gezien?' Ik was altijd maar aan het jagen. ‘s Morgens at ik amper een yoghurtje van 60gr. Tussen twee meetings door speelde ik in de auto wat snoeptomaten naar binnen, en ik moest en zou elke dag een uur sporten.” Dat dat echt nefast is voor je lichaam, weet Katrien vandaag als geen ander. “Ik wil echt iedereen aanraden om wat meer los te laten. Sporten bijvoorbeeld? Ja. Maar dat hoeft niet elke dag te zijn.”
Katrien voelt zich vandaag nog steeds niet goed. Ze heeft allerlei plannen en wil er graag terug invliegen, maar haar lichaam is er nog niet klaar voor. “Als mensen dan vragen: En hoe is het?, dan zeg ik altijd: Ja…”