(Photo by Nadia El Makhfi)
Bouchra Hashassi is oprichtster van Washville Truckwash, een wasstraat voor vrachtwagens in de haven van Antwerpen met veel aandacht voor duurzaamheid en ecologie. Met haar innovatieve concept schopte ze het tot finaliste van de WOMED Award 2020. Op haar lauweren rusten doet Hashassi allerminst: ze droomt ervan om meerdere vestigingen te openen, over de landsgrenzen heen, én om een heuse truckvillage uit te bouwen waar vrachtwagenchauffeurs even op adem kunnen komen. In deze aflevering van 50 Koffies heeft ze het onder meer over haar faillissement, over ondernemersrisico’s en tweede kansen die daaruit voortvloeien.
Een carwash voor vrachtwagens, hoe ben je op dat idee gekomen?
“Het idee van Washville is er gekomen dankzij mijn broer. Ruim tien jaar geleden was die vrachtwagenchauffeur, en vervoerde hij grote volumes brandstoffen. Ik was in die periode heel bang dat hij in slaap zou vallen tijdens zijn nachtelijke ritten, en daarom belden we vaak heel de nacht door – handsfree uiteraard. Tijdens die gesprekken legde hij vaak zijn ergernissen op tafel. Uiteindelijk hebben we zijn noden, ergernissen en gevoelens als vrachtwagenchauffeur uitgewerkt tot een businessmodel. Mijn broer is een stuwende kracht geweest voor Washville, want hij was de ideale ervaringsdeskundige om het concept mee uit te werken.”
Hoe begin je daar concreet aan?
“We zijn begonnen met ons idee te gaan bevragen in de havens, in de tankstations, langs de wegen, op de industrieterreinen. Wat zijn de noden van de chauffeurs? Waar ergeren zij zich aan? Hoe zouden we hen efficiënt kunnen helpen? En zelfs: welke naam voor de truckwash zou hen aanspreken?”
“We zijn verschillende keren gaan tellen hoeveel vrachtwagens er dagelijks voorbij onze gewenste locatie reden en hoeveel er parkeerden. Ons marktonderzoek hebben we op een zeer degelijke manier aangepakt, en dat heeft zijn vruchten afgeworpen. We voelden duidelijk dat de noden en ergernissen van mijn broer niet alleen bij hem leefden, en dat er veel geïnteresseerden waren. Vervolgens zijn we op zoek gegaan naar een boekhouder, een architect, een communicatiemedewerker, iemand met kennis rond het parkeerverhaal,… Met die mensen hebben we een volledig businessplan uitgewerkt, inclusief het financiële luik.”
“Bij de opstart zelf heb ik nooit gebruik gemaakt van externe financierders. Eenderde van ons startkapitaal is geleend bij de bank, een derde komt van het participatiefonds en een derde hebben we bij elkaar gezocht met de hulp van onze Friends, Family en Fools. Dat was spannend en heel risicovol.”
“Vandaag, na een kleine tien jaar, kan ik zeggen dat ik alle leningen heb terugbetaald. Ons oprichtingsproces heeft drie jaar in beslag genomen, voor het uitwerken van plannen en voor de zoektocht naar een locatie. Dat heeft meermaals voor paniek gezorgd, want het geleende geld begon stilaan weg te slinken door alle expertises die betaald moesten worden. Daarom hebben we op een bepaald moment beslist om onze truckwash alvast te openen omdat die onmiddellijk realiseerbaar was en daar ook meteen geld mee te verdienen was. Ik had graag gehad dat we de zaak ondertussen al hadden kunnen uitbreiden, maar uitstel is geen afstel: de rest van de truckvillage en eventuele nieuwe vestigingen staan zeker nog op de planning.”
Is de opstart van een leien dakje verlopen?
“Neen. Vooral in die opstartfase ben ik veel te naïef geweest. Enerzijds stond ik amper stil bij de (financiële) risico’s van de zaak, anderzijds heb ik te vaak te veel informatie prijsgegeven. Een voorbeeld: het stuk grond waarin wij interesse hadden, stond te koop voor een bepaalde prijs. Ik ben toen gaan meedingen naar dat stuk grond en heb de verkoper mijn volledige businessplan opgestuurd inclusief financiële berekeningen. Die eigenaar heeft dat financieel plan gelezen en zijn prijs daaraan aangepast, waardoor ik die grond uiteindelijk niet meer kon betalen en een andere partij ermee aan de haal is gegaan.”
Ik speelde altijd open kaart omdat ik zo enthousiast was over ons concept, maar eigenlijk is het soms beter om op te letten met wat je op tafel gooit
“Bovendien hebben we ons idee, ons concept, ook nooit beschermd, met als resultaat dat er nu meerdere spelers op de markt zijn met vergelijkbare initiatieven. Ik speelde altijd open kaart omdat ik zo enthousiast was over ons concept, maar eigenlijk is het soms beter om op te letten met wat je op tafel gooit.”
“Als ik nu terugkijk op mijn parcours, dan stel ik vast dat ik in het begin niet genoeg geloofde in mijn eigen capaciteiten. Ik had bij de start gerust meer op mezelf mogen vertrouwen, hoewel ik daar op dat moment absoluut niet van overtuigd was. Ik deed een beroep op anderen die ik meer vertrouwde dan mezelf, maar dat is een harde leerschool geweest en heeft me voornamelijk bijzonder veel geld gekost. Daardoor heeft deze onderneming een valse start gekend. Gelukkig ben ik een doorzetter, daardoor sta ik vandaag waar ik wil staan en kan ik trots zijn op mijn carrière.”
Washville is niet alleen ecologisch verantwoord maar draagt ook maatschappelijk een steentje bij. Hoe zit dat juist?
“Al van bij de opstart hielden we rekening met de ecologische kant van ons verhaal: we hebben onmiddellijk geïnvesteerd in een installatie om ons afvalwater te zuiveren en te recycleren. Bovendien werken we altijd met biologisch afbreekbare producten. Dat was voor ons belangrijk, om de impact van ons bedrijf op het milieu zo klein mogelijk te houden.”
“Daarnaast is het voor mij altijd vanzelfsprekend geweest dat we zouden proberen om ook iets terug te doen voor de maatschappij. Ik ben ervan overtuigd dat mensen zelf hun eigen kansen creëren, maar met mijn bedrijf kon ik bepaalde mensen wel een duwtje in de rug geven. Het gaat voor mij dan over mensen die het moeilijker hebben en verder van onze arbeidsmarkt staan. Het is uiteraard aan hen om die kansen te grijpen en er een succes van te maken, maar ik ben wel heel trots dat ik daaraan kan meewerken.”
“En dat is ook exact wat ik wil aantonen met mijn bedrijf: je hoeft helemaal geen ngo of vzw te zijn om als onderneming een impact te kunnen maken. Ik ben er rotsvast van overtuigd dat je een succesvol bedrijf kunt uitbouwen, en tegelijkertijd een maatschappelijke impact kunt hebben. Het klopt dat je rendement niet uiterst maximaal zal zijn, maar je hebt wel een grote meerwaarde voor de maatschappij. Uiteraard wil ik ook winst maken met mijn bedrijf, maar voor mij is dat niet het enige wat telt.”
Ik ben ervan overtuigd dat mensen zelf hun eigen kansen creëren, maar met mijn bedrijf kon ik bepaalde mensen wel een duwtje in de rug geven
“Het is ook niet zo dat dat ‘maatschappelijk verantwoord ondernemen’ enkel voordelen heeft voor onze werknemers. Ik bekijk het echt als een win-winsituatie, en onze werknemers zijn daar het beste voorbeeld van: op een bepaald moment ging er bij ons een werknemer met autisme starten. We hebben toen samen met hem bekeken hoe we het werk voor hem haalbaar zouden maken.”
“Om het aantal nieuwe prikkels voor hem te beperken, hebben we besloten om een duidelijke werkstructuur te ontwikkelen. We hebben toen duidelijk uitgelijnd hoe en in welke volgorde we de vrachtwagens zouden gaan wassen, en waarop er gelet moest worden. Vooraleer die persoon bij ons kwam, hadden wij geen enkele vorm van structuur: iedereen werkte een beetje naar eigen goeddunken. Het is dankzij die ene werknemer dat wij een structuur hebben opgezet die wij allemaal nog iedere dag gebruiken.”
Klopt het dat je bent beginnen ondernemen om je ‘afkomst te overstijgen’?
“Ik wist al heel jong dat ik een andere toekomst wou dan de toekomst die voor mij was weggelegd. Dat had te maken met mijn nest: mijn ouders, mijn omgeving, mijn geboortewijk, mijn Nederlandse taalbeheersing die niet fantastisch was, mijn algemene kennis die echt te wensen overliet. Op bepaalde momenten in mijn jeugd ben ik daarmee geconfronteerd, en ik wilde af van de schaamte die ik toen voelde. Ik voelde al heel snel aan dat ik voldoende algemene kennis zou moeten hebben als ik ergens wilde geraken. Gelukkig heb ik mezelf altijd kunnen stimuleren om daar echt aan te werken, en werd ik ook ontzettend hard gesteund door mijn ouders en de rest van de familie.”
“De schaamte die ik toen voelde, heeft ook zijn invloed gehad op mijn latere leven als ondernemer. Ik dacht ook altijd dat ondernemers per definitie succesvol zijn. Daar was ik uiteraard veel te naïef in, en dat is dan ook bijzonder hard binnengekomen toen ik zelf ging ondernemen. Ik voelde me niet succesvol, had het gevoel dat ik faalde, moest vaak bedelen en smeken voor betalingen en ging na een tijdje zelfs failliet. Op dat moment heb ik mij heel eenzaam gevoeld, alsof ik de enige ondernemer was die zoiets meemaakte. Ondertussen besef ik wel dat dat niet het geval is, en kan ik ook trots zijn als ik terugkijk naar die tijd. Want uiteindelijk ben ik gewoon blijven knokken. Nooit heb ik opgegeven.”
Hoe is dat faillissement verlopen?
“Vanaf het begin van Washville heb ik heel hard gewerkt. Toch bleef er altijd een gat bestaan dat ik nooit dichtgereden kreeg, hoe hard ik ook bleef knokken. Er werden verschillende oplossingen aangereikt, waaronder bijvoorbeeld een overname door een andere partij, maar ik was en blijf echt overtuigd van mijn concept en mijn bedrijf en kon mezelf daar niet in vinden.”
“Mijn bedrijf lag op ‘intensive care’ en ik wist goed genoeg dat het daarbij niet zou stoppen. Gelukkig zijn er in Vlaanderen verschillende mogelijkheden om hulp te krijgen als ondernemer. De taboesfeer die daarrond hangt, is heel groot maar die hulpmiddelen bestaan en je kunt wel degelijk geholpen worden.”
“Ik ben hulp gaan zoeken bij een advocaat en samen hebben we een WCO 3-procedure aangevraagd. Mijn zaak is vervolgens te koop gezet, en ik heb de zaak nadien teruggekocht met het hoogste bod onder gesloten omslag. We hebben Washville daarna verhuisd naar een goedkopere locatie waar we volledig opnieuw zijn gestart. Dat is ons gelukt, en ik ben bijzonder dankbaar voor de personen die mij toen hebben geholpen.”
“Het romantische beeld dat mensen hebben van ondernemen, klopt absoluut niet altijd. Het is soms gewoon echt moeilijk. Voor mij voelt het vaak als een constante sluimering: ik heb een verantwoordelijkheid naar mijn eigen gezin toe, maar ook naar het bedrijf en zeker ook naar de mensen die voor mij werken. Ook zij moeten hun leven en hun gezin kunnen onderhouden, en die toch wel zware last draag ik op mijn schouders.”
Als je opnieuw mocht beginnen, zou je het ondernemingsverhaal dan anders hebben aangepakt?
“Absoluut. Door wat ik heb meegemaakt, ben ik veel voorzichtiger geworden, in die zin dat ik mijn vertrouwen deels ben kwijtgeraakt. Ik neem veel minder risico’s en weeg veel meer af. Daardoor groeit mijn bedrijf nu trager, en dat is jammer.”
“Ondertussen heb ik geïnvesteerd in mezelf. Eerst en vooral ben ik terug opleidingen gaan volgen omdat ik ervan overtuigd ben dat je iets eerst zelf moet begrijpen vooraleer je het in handen van een ander kunt leggen. Daarnaast heb ik een mentor onder de arm genomen, iets wat ik achteraf gezien al veel vroeger had moeten doen.”
“Die mentor slaat nagels met koppen en zegt niet altijd wat ik zelf wil horen maar het helpt me wel vooruit. Samen hebben we de KPI’s bepaald en hebben we doelstellingen gecreëerd voor het personeel. Ondertussen ga ik mezelf meer focussen op het bedrijf, en zullen extra werkkrachten mijn plaats in de wasstraat overnemen. Het uiteindelijke doel is uiteraard om die groei te verwezenlijken waar ik al heel lang naar uitkijk.”
Benieuwd naar het verhaal van Bouchra? Beluister hieronder de volledige podcastaflevering: