Filip Geuens, co-founder & CEO van XenomatiX (©Fotostudio Leemans)
Zelfrijdende wagens beloven al een tijdje dat ze onze mobiliteit ten goede zullen veranderen. Maar die autonome voertuigen moeten ook ‘zien’ wat er in het drukke verkeer allemaal rondom hen gebeurt. De Leuvense scale-up XenomatiX bouwt de technologie die dat mogelijk maakt. Geen gemakkelijke opdracht, ze moesten de R&D volledig in eigen beheer doen, en tegelijk loopt de definitieve doorbraak van zelfrijdende wagens serieus wat vertraging op. Niettemin blijft CEO Filip Geuens de toekomst positief zien. “Er is ontzettend veel potentieel. Nu komt het er voor ons op aan zoveel opportuniteiten te grijpen zodat we verder kunnen groeien.”
Dat optimisme is natuurlijk niet zonder reden. Vorig jaar haalde XenomatiX in een Serie A-investeringsronde nog 10 miljoen euro op. Het Leuvense bedrijf kreeg onder meer al Google, Uber en alle grote Duitse autoconstructeurs over de vloer, en met het Italiaanse miljardenbedrijf Marelli, fabrikant van auto-componenten, sloot het Belgische technologiebedrijf zelfs een partnership.
“Wij maken solid-state LiDAR”, steekt CEO Filip Geuens van wal. “Die technologie laat toe om afstand te bepalen op basis van laserstralen. Dat kan je vergelijken met een radar, die iets soortgelijks doet met radiogolven. Zo kan je in hoge resolutie 3D-beelden van een omgeving maken, wat op zijn beurt enorm nuttig is voor technologieën zoals zelfrijdende wagens die zo hun omgeving kunnen ‘zien’.”
“Wij hebben ook een eigen versie van LiDAR uitgevonden. Een reguliere LiDAR stuurt één laserstraal uit, wat een zwakte is, zeker in een automotive omgeving. Wij vervangen dat door een multibeam oplossing, een LiDAR die vele duizenden stralen tegelijk kan uitsturen.”
Een zeer technische business dus, maar wel één die cruciaal is voor de toekomst. “Andere oplossingen, zoals camera’s, hebben vaak limieten die te maken hebben met belichting”, stelt Geuens. “Een camera is sterk afhankelijk van omgevingslicht. Als er te veel of te weinig licht is, dan kan zo’n camera weinig zien. LiDAR heeft daar geen probleem mee, want de laser is de lichtbron.”
Wij werken niet samen met de wagenconstructeurs zelf, maar met de bedrijven die in de keten daar net onder zitten
Als we tot zelfrijdende wagens willen komen, dan zullen die ook andere weggebruikers moeten kunnen zien, zelfs onder uitdagende omstandigheden, zoals ‘s nachts of wanneer de zon laag staat en in de camera schijnt. LiDAR biedt daar een oplossing, die een extra laag veiligheid toevoegt. De LiDAR van XenomatiX zou zo één van de belangrijkste sensoren van zelfrijdende wagens kunnen worden. Geuens schat dat hun eerste LiDARs rond 2025 op de baan zullen komen.
De technologie is dus bijna klaar, nu komt het erop aan om deze te commercialiseren. “Wij werken niet samen met de wagenconstructeurs zelf, maar met de bedrijven die in de keten daar net onder zitten”, zegt Geuens. “Zij maken de onderdelen van een wagen, zoals de voorruiten of koplampen. Daar voegen ze nu elementen aan toe, zoals LiDAR, om de wagen slimmer te maken. We werken dus met toeleveranciers samen om onze technologie naar de markt te brengen.”
Van revolutie naar evolutie
Maar wat dan met de vertragingen rond zelfrijdende wagens? Waar zulke voertuigen jaren geleden nog erg gehypet waren, lijken ze vandaag eerder op de lange baan te zijn geschoven. “De ambitie van de markt was dat zelfrijdende wagens veel sneller zouden gaan”, verduidelijkt Geuens. “Maar dit soort revoluties blijken vaak eerder evoluties te zijn. Dat is voor de zelfrijdende wagen niet anders. Zelfrijdende wagens moeten hyper-betrouwbaar zijn. Er is een heel lage tolerantie voor ongelukken bij deze technologie, elke crash van Tesla haalt bijna letterlijk de krantenkoppen. Ik vind dat ten onrechte, want zo bouwen we een lage tolerantie voor innovatie in mobiliteit op. Het zorgt er echter voor dat autoconstructeurs de lat erg hoog leggen voor dit soort wagens, en dat ze daarom trager vooruit gaan.”
Het zal nog zeker tien jaar duren voordat je als consument een zelfrijdend voertuig kan kopen
Niettemin is Geuens optimistisch over de toekomst van zelfrijdende wagens. “We zullen het relatief snel zien in shuttles, kleine busjes dus die in gecontroleerde omgevingen zoals parkings of luchthavens rondrijden. Zo kan het publiek aan de technologie wennen. Het zal echter zeker nog tien jaar duren voordat je als consument een zelfrijdend voertuig kan kopen.”
Maar die autonome auto’s zijn zeker niet de enige toepassing van LiDAR. Zo stelt Geuens dat de technologie waarschijnlijk ook zal ingeplant worden in reguliere wagens, om bijvoorbeeld te helpen bij het besturen van het voertuig, of ongelukken te voorkomen. En zelfs buiten de automotive markt zijn er toepassingen. “Onze LiDAR-technologie wordt evengoed gebruikt in smart cities”, stelt Geuens. “Zo'n LiDAR kan bijvoorbeeld statisch een kruispunt bewaken, en de veiligheid van voetgangers helpen verhogen. Ook kan je LiDAR gebruiken om de weg te digitaliseren voor kwaliteitscontrole. Meer en meer wegbeheerders gebruiken onze technologie.”
Nieuwe Melexis
XenomatiX hoort thuis in het rijtje van atypische start-ups. Het Leuvens bedrijf ontwikkelde zijn hoogtechnologisch product volledig in eigen beheer. En aangezien het geen spin-off van een of andere universiteit betreft, moest het stevig in R&D investeren om hun LiDAR-systeem helemaal op punt te krijgen. “Onze technologie komt niet uit een labo, we deden ons eigen basisonderzoek om het product te ontwikkelen. Je kan dus stellen dat we een behoorlijk lange weg hebben afgelegd.”
We deden geen onderzoek om onderzoek te doen, het ging echt om het oplossen van een bestaand economisch probleem
Hun groeipad liep dus heel anders dan dat van een start-up die pakweg een mobile app bouwt. “Het was best uitdagend voor een jonge start-up om die R&D gebolwerkt te krijgen”, steekt Geuens niet weg. “Daarom zijn we ook zo dankbaar aan onze vroege investeerders zoals VLAIO. Ons team bevat echter een hoop slimme mensen, en de technologie moest nu eenmaal ergens ontwikkeld worden. Het feit dat we de R&D in eigen huis deden, zorgde ervoor dat we ons ook konden focussen op de economische relevantie van ons product. We deden geen onderzoek om onderzoek te doen, het ging echt om het oplossen van een bestaand economisch probleem.”
“Er is ontzettend veel potentieel”, klinkt het enthousiast. “We werken in de automotive markt, maar evengoed in smart cities, wegbeheer en zelfs industriële contexten. Nu komt het er voor ons op aan zoveel opportuniteiten te grijpen zodat we verder kunnen groeien. We weten dat automotive meer tijd nodig heeft, en dat we die extra periode moeten overbruggen.”
Er is ontzettend veel potentieel. Nu komt het er voor ons op aan zoveel opportuniteiten te grijpen zodat we verder kunnen groeien
Wat de toekomst brengt, blijft onzeker maar dat XenomatiX een Belgische topspeler wil worden, staat volgens de CEO buiten kijf. “Melexis hebben wij altijd beschouwd als een voorbeeld. Zij zijn een indrukwekkend Belgisch bedrijf dat actief is met sensoren in de automotive markt. Het zou gunstig zijn voor Vlaanderen mochten hier meer bedrijven zoals Melexis opstaan. Dat is het doel dat wij nastreven.”