Als verantwoordelijke voor het online marketing budget kan je verschillende methodes hanteren om het budget te beheren. Er bestaat geen pasklaar antwoord voor hoe je dit best kunt inzetten. Wel kunnen we je 7 veel voorkomende fouten meegeven die je maar beter vermijdt:
1. Links kopen om beter te scoren in Google
Met stip op nummer 1! Links kopen bij (malafide) internetbedrijven die een betere positie beloven in Google komt helaas al te veel voor. Daar waar dit op korte termijn een positieve invloed kan hebben, is dat zeker geen duurzame oplossing.
Want vaak maken deze internetbedrijven gebruik van linknetwerken of worden er spam-links op blogberichten en fora gepost. Een techniek die volgens de Google richtlijnen verboden is. Beslis je om toch links te kopen, dan kunnen de gevolgen nefast zijn: niet alleen kan je positie drastisch dalen, je kunt zelfs volledig verwijderd worden uit de Google zoekresultaten.
2. Niet of onvoldoende meten
Online marketing is trial and error. Sommige campagnes werken voor het ene bedrijf wel en voor het andere niet. Gelukkig kunnen de resultaten online goed gemeten worden. Dus maak daar dan ook gretig gebruik van. Volg campagnes goed op en stuur bij waar nodig. Zo vermijd je budget te verliezen aan campagnes/technieken die niet of onvoldoende renderen.
3. Naar een te grote doelgroep adverteren
Zoekwoorden, interesses van mensen, leeftijd, locatie, taal ... Online kan je zéér gericht adverteren. De mogelijkheden zijn quasi eindeloos!
Elk kanaal heeft verschillende opties. Maak hier dan ook gebruik van en richt je advertentie op mensen die waarschijnlijk de grootste interesse zullen vertonen in je producten of diensten. Zomaar advertenties naar de volledige Belgische bevolking richten is echt niet oké!
4. Slechte landingspagina’s gebruiken bij advertenties
Heb je een advertentiecampagne lopen, gebruik dan ook de meest logische landingspagina’s. Al te veel leiden advertenties naar de homepage terwijl dat niet altijd de beste landingspagina is.
Voorbeeld: een webshop die schoenen verkoopt, maakt een advertentie voor herenschoenen. Laat deze advertentie dan ook leiden naar een pagina met een overzicht van herenschoenen en NIET naar de homepage of nog erger, naar een pagina met damesschoenen.
5. Te weinig aandacht schenken aan gebruiksvriendelijkheid
Je website optimaliseren om beter te scoren in Google is één ding. Maar eenmaal je goed gevonden wordt in Google en bezoekers genereert, wil je uiteraard dat die bezoekers ook iets doen. Ziet je website er verouderd uit en is deze niet gebruiksvriendelijk, dan is het voor de bezoeker een kleine stap om op de backspace te drukken en een concurrent te vinden die wél aan de vereisten voldoet.
6. Op verkeerde kanalen aanwezig zijn
Je hoeft met je bedrijf echt niet op alle kanalen aanwezig te zijn. Het is beter om goed aanwezig te zijn op één kanaal dan half werk te doen op meerdere platformen. Denk daarom goed na over waar je doelgroep aanwezig is en welke kanalen dus ook voor jouw bedrijf het belangrijkst zijn.
7. Content online plaatsen met weinig of geen toegevoegde waarde
Content is nodig om gevonden te worden, maar ook om bezoekers te kunnen boeien. Schrijf je bijvoorbeeld teksten met weinig of geen toegevoegde waarde, dan zullen die worden afgestraft. Zulke teksten worden ook wel eens “Thin content” genoemd.
Niet alleen zal Google je een slechtere positie toekennen, ook bezoekers zullen niet geboeid verder lezen/surfen. Uiteraard resulteert het klakkeloos kopiëren van content van andere websites ook in een plaats op het strafbankje van Google.
Meer weten? Matt Cutts (hoofd van Google’s Webspam team) legt in onderstaande video uit wat Thin content is en wat je kan doen om dit op te lossen.