Team Vitri (© Emilie Bonjé)
Facebook, Instagram, TikTok, wie weet zelfs de Metaverse? Uitstekend dat bedrijven daar aan hun zichtbaarheid werken en op klanten en talent jagen, maar het is belangrijk dat ze de basis niet uit het oog verliezen. En die basis is volgens Christophe De Ruyter, managing director van Vitri, ook in 2022 nog altijd je eigen “owned” website. “Ondernemingen vergeten wel eens dat sociale media vluchtig zijn. Als Facebook of TikTok morgen verdwijnen, is je community wég. Een website die up-to-date is en mee-evolueert met je onderneming is en blijft pijler nummer één voor je communicatiestrategie.”
We merken dat marketing-teams van het ene social medium naar het andere springen. Van Facebook naar Pinterest, naar Snapchat, naar TikTok. Die sociale media spelen een belangrijke rol in hun communicatie. Maar ze vergeten soms dat alles begint én eindigt met hun eigen website. Sociale media moeten de eigen website ondersteunen. Niet andersom. De website is nog altijd de centrale hub. Sociale media zijn de etalage, de website is de winkel.
Ondernemingen vergeten wel eens dat sociale media vluchtig zijn. Denk maar aan Vine of Tumblr die hun aantrekkingskracht verloren zijn of zelfs niets meer bestaan. Dan sta je daar met je community. Als je er niet in bent geslaagd om die naar jouw website te krijgen, dan is al dat werk voor niets geweest. Je website is er altijd. Het is niet erg dat je experimenteert op sociale media of dat je meer investeert in het ene medium ten koste van het andere, zolang je website, maar de stabiele factor blijft in je communicatiestrategie.
Sociale media zijn de etalage, de website is de winkel
‘Een website moet leven’
Verwar stabiliteit vooral niet met stilstand, waarschuwt De Ruyter. “Het is iets wat we vaak zien: bedrijven investeren veel tijd en geld om een website te bouwen, om er vervolgens jarenlang niets meer aan te veranderen. Of nog erger: ze investeren er helemaal niet in. We zien soms volwassen ondernemingen met een website die tien jaar geleden is gebouwd door iemand die de opdracht er na de uren snel even bij nam. Die websites zijn dan hopeloos verouderd, ze zijn niet responsief en reflecteren op visueel vlak niet de waarden van het bedrijf. Dat is contraproductief, want zo ondergraaf je je eigen geloofwaardigheid.”
“Een website moet evolueren. We hebben een aantal logistieke havenbedrijven onder onze klanten. Een van hun uitdagingen vandaag is om nieuwe medewerkers te vinden. Dus ontwerpen we de website op die manier dat hun bedrijfscultuur en vacatures centraal staan. De services zijn even niet zo belangrijk, want het personeelstekort is zo nijpend dat ze er maar net in slagen om hun bestaande klanten te helpen.”
“Wat zouden ze dan met hun website op jacht gaan naar nieuwe klanten? Niets erger voor een ondernemer dan een nieuwe klant te moeten weigeren en een mooie opportuniteit te laten schieten, toch?Maar, en dat is cruciaal, we bouwen die websites op zo’n manier dat we ze ook snel kunnen omgooien. Misschien zijn de uitdagingen binnen een half jaar weer helemaal omgedraaid? Dan moet je daarop kunnen inspelen. Als het even wat minder gaat, kunnen we meteen de vacatures naar beneden laten zakken en de services opnieuw in de verf zetten.”
Persoonlijkheid in de verf zetten
Als het Vitri-team een nieuwe website bouwt, begint het team van De Ruyter altijd met een workshop om de identiteit van het bedrijf te doorgronden. “Een website is geen losstaand gegeven. Hij moet altijd passen binnen een breder verhaal en een bredere strategie. Technologie is een middel en dient altijd een hoger doel.”
“Als je een dienstenbedrijf bent en vooral mikt op CEO’s, dan zullen die CEO’s op zoek gaan naar een betrouwbare, geloofwaardige partner. Hoe bewijs je die geloofwaardigheid? Met referenties en testimonials van bestaande klanten. Die moeten dus een prominente plek krijgen op je website en niet ergens verstopt zitten. Ben je een bedrijf dat in de war for talent volop nieuwe mensen zoekt, zorg er dan voor dat vooral je bedrijfscultuur, je missie en je waarden meteen in het oog springen.
Een website is geen losstaand gegeven. Hij moet altijd passen binnen een breder verhaal en een bredere strategie
Dat is sowieso een evolutie die we bij veel bedrijven zien. Nog niet zo lang geleden moest hun website in de allereerste plaats een opsomming zijn van services en producten. Vandaag willen ze met hun website vooral persoonlijkheid tonen. We werken onder andere voor Aertssen, dat vooral gekend is van de bouw en infrawerken. Vroeger toonde hun website vooral machines, vandaag tonen we ménsen.”
Content is bottleneck nummer één
Over het grootste obstakel bij het bouwen van een nieuwe website moet De Ruyter niet lang nadenken. “Content is een moeilijke opdracht voor veel bedrijven, merken we. Het is iets wat ze altijd onderschatten. Meestal is de geschreven content bottleneck nummer één om een nieuwe website online te krijgen. Wij kunnen daar bijspringen, maar content spreiden kan ook al een oplossing zijn. Je moet geen 67 cases klaar hebben om een website te lanceren. Je kan de site online zetten en elke maand een paar nieuwe cases of testimonials toevoegen. Zo leeft je website vanzelf en kan je vermijden dat content een rem wordt op je groei.”
“We werken daarom altijd in WordPress. Bedrijven moeten hun website zelf kunnen updaten en zelf kunnen voeden met nieuwe content. Dan heb je een gebruiksvriendelijk, laagdrempelig systeem nodig. Te complexe technologie is een valkuil. Dan krijg je wel een website die er geweldig uitziet en geweldig navigeert, maar je riskeert dat hij snel gedateerd is.”
“Want een website die heel duur en complex was om te bouwen, zal ook duur en tijdrovend zijn om te onderhouden. Waardoor bedrijven geneigd zijn om die investering maar één keer te doen en ervoor te kiezen om nog even vast te houden aan die verouderde website.”
Transparantie boven alles
Vitri werkt met drie verschillende pakketten, drie verschillende abonnementsformules. “We wilden het bewust eenvoudig houden: drie opties, drie tarieven”, legt De Ruyter uit. “Geen ingewikkelde of ondoorzichtige tarieven. We werken professioneler dan de freelancers die focussen op de ontwikkeling en minder op de inhoud. We nemen alles voor onze rekening: van de strategie en de wireframes, over het design en de hosting, tot eventueel nieuwe maandelijkse content.”
“Maar we zijn ook geen groot agency dat CMS-systemen op maat ontwikkelt waar er een verhoogd risico op “vendor lock-in” is. We zitten ergens tussen de pure webdesigners en de heel grote webagencies in. We zijn meer een communicatiebureau dan een webdesignbureau.”
“We hebben ook klanten met een klein communicatieteam of zelfs helemaal géén communicatiemensen. Het zijn dus vaak niet-specialisten die instaan voor de communicatie. Die mensen worden murw geslagen door technische termen en vakjargon. Dat kan overweldigend zijn. Het is heel belangrijk voor ons dat we die bedrijven geen technisch verhaal vertellen, maar dat ze heel duidelijk weten wat we voor hen voor welke prijs kunnen doen.”
“What you see, is what you get. We organiseren bij ons op kantoor af en toe Open Office-dagen. Dan kunnen klanten hier bij ons op kantoor komen werken. Hebben ze vragen over hun website of hun content, dan kunnen ze die gewoon aan onze mensen stellen. Alsof ze een vraag zouden stellen aan hun collega een bureau verder.”