Jarenlang was het allemaal ‘digital first’ wat de klok sloeg, daarna kwam de shift naar ‘mobile first’ en nu lijken we resoluut af te stevenen op het principe van ‘video first’. Geheel onlogisch is dat niet: we kijken massaal filmpjes op onze smartphone en tegen 2019 zal online video meer dan 80% van alle internetverkeer uitmaken. Kurt Vergult, creatief directeur van delaware I digital, en Griet Van der Weken, Marketing Director van delaware BeLux, leggen uit waarom bedrijven maar beter nu al volop kunnen inzetten op videomarketing. “Bouw eerst aan een goede videomarketingstrategie en bedenk een aantal sterke videoformats voor de verschillende soorten content die je wil aanbieden. Want je wil toch niet dat je online filmpjes enkel goed bekeken worden? Het belangrijkste is dat dat de boodschap goed blijft hangen én dat kijkers converteren naar klanten!”
Hoog tijd om actie te ondernemen
Vandaag kunnen we met zekerheid stellen dat videomarketing goed op weg is om een heel belangrijke -zoniet de belangrijkste- manier van online communicatie te worden. Zowel in B2C- als B2B-context. Het is niet voor niets dat YouTube na Google wereldwijd de meest gebruikte zoekmachine is. “Als bedrijf kun je daarom maar beter op dat kanaal aanwezig zijn, waardoor je jouw verhaal ook rechtstreeks daar kan vertellen”, zegt Griet Van der Weken. “Video is allang niet meer het exclusieve domein van mediabedrijven, andere ondernemingen kunnen en moeten daar eveneens mee aan de slag.”
“Wij raden onze klanten steeds aan een videomarketingstrategie uit te werken, vertrekkende vanuit een aantal objectieven die men daarmee hoopt te bereiken. In de meeste gevallen blijkt die strategie te ontbreken. Het is veel meer dan enkel wat filmpjes maken en online zwieren, want dat zien we nog te vaak gebeuren.”
"Intussen heeft iedereen wel begrepen dat video steeds meer aan belang wint”, vult Kurt Vergult aan. “Die bewustwording wil echter niet zeggen dat veel bedrijven ook al actie ondernomen hebben. Nochtans, wanneer experts vandaag voorspellen dat tegen 2019 meer dan 80% van alle online content uit video zal bestaan, lijkt het mij niet onverstandig om er nu al voor te zorgen dat je videomarketingstrategie op punt staat. Want binnen anderhalf jaar gaat iedereen op die kar springen. Als je dan nog de eerste stappen moet zetten, wordt het heel moeilijk om daarmee het verschil te maken.”
Snackable video content
Vergult vertelt hoe digital marketing expert James McQuivey berekende dat één minuut video qua impact het equivalent is van 1,8 miljoen woorden. “Misschien moeten we dit met een korreltje zout nemen maar zelfs als je het aantal woorden halveert, is dat nog gigantisch veel. Een ander groot voordeel van video is dat het emotie toevoegt aan je boodschap, wat in een artikel veel minder evident is.”
Digital marketing expert James McQuivey berekende dat de impact van één minuut video het equivalent is van maar liefs 1,8 miljoen woorden
Wat evenzeer in het voordeel van video spreekt, is dat het perfect past in de ‘mobile first’-filosofie: meer dan 50% van alle online filmpjes worden via mobile devices bekeken. “Het is gewoon een feit dat video content veel makkelijker te consumeren is dan geschreven content. Het moet allemaal ‘snackable’ zijn”, aldus Van der Weken.
Onderzoek bracht aan het licht dat 65% van de kijkers minstens drie vierde van een online video uitkijkt, wat best veel is in tijden waarin aandacht een schaars goed wordt. Maximum 20% van de online content die we voorgeschoteld krijgen, wordt ook echt geconsumeerd. Online video’s slagen daar veel beter in door de informatie in korte, visuele boodschappen te brengen en zelfs interactief te maken. Het maakt dat een videoboodschap gemiddeld 3 tot 4 keer beter wordt onthouden in vergelijking met een online artikel waarbij mensen de tekst eerder gaan scannen dan die echt van begin tot einde te lezen.
De juiste formats bouwen
Ofschoon de balans duidelijk overhelt naar video, wil Vergult daar toch een kanttekening bij maken.“Ik kom uit de tv-wereld waar elk nieuw format tot in de kleinste details wordt gemeten omdat het nog altijd de bedoeling is dat mensen zo lang mogelijk naar je programma blijven kijken en dus niet wegzappen”, zegt hij. “Bij video is dat net zo, alles staat of valt met het format. Gewoon wat standalone video’s op internet posten, wil nog niet zeggen dat je bedrijf een videomarketingstrategie heeft.”
“Je wil het verhaal zodanig in beeld brengen dat het blijft boeien tot de laatste seconde. Opnieuw geldt de stelling ‘meten is weten’. Meet de performance van je videomarketing en gebruik de verworven inzichten om je boodschap een volgende keer nog beter te visualiseren. Denk dus vooral niet dat elke video massaal bekeken zal worden. Er moet een sterk format achter zitten. Ook hier is customer-centricity key, net zoals je bij het maken van een televisieformat steeds de kijker centraal stelt.”
"Gewoon wat standalone video's online zwieren, wil nog niet zeggen dat je bedrijf ook een videomarketing strategie heeft"
"Wat je nu vooral ziet, is dat marketeers vooral oog hebben voor het aantal views en eigenlijk helemaal niet stilstaan bij de mate waarin zo’n video kan leiden tot meer conversie”, merkt Griet Van der Weken op. “Terwijl je als bedrijf toch wil dat kijkers vroeg of laat overgaan tot actie. Door bijvoorbeeld video’s te embedden in je webpagina’s zullen bezoekers twee keer zo lang op je site blijven en dubbel zoveel pagina’s bekijken dan wanneer er geen filmpjes te zien zijn.”
Voor elke soort content een ander format
Zelf video’s maken voor klanten doet delaware voor alle duidelijkheid niet. “We zijn geen productiehuis”, lacht Kurt Vergult. “Wat delaware dan wel doet op vlak van videomarketing, is een videostrategie ontwikkelen: we zoeken samen met de klant naar de juiste formats, brengen hem in contact met leveranciers, volgen daarnaast ook het productieproces mee op en proberen ervoor te zorgen dat de impact van de videocontent maximaal is. Zoals we dat ook voor onze eigen communicatie doen, want intussen beschikt delaware over zes à zeven video formats, afhankelijk van de content die we brengen: dat gaat van een 360° video van onze kantoren in zowel binnen- als buitenland, tot filmpjes waarbij onze werknemers buiten de werkmuren worden gefilmd, video testimonials waarin enkel klanten aan het woord komen, alsook campagnevideo’s.”
“Allemaal in zeer verschillende stijlen en met een totaal ander doel: het ene format is wat meer trashy, het andere net iets stilistischer. En dan heb je nog onze mooiste pareltjes -de branding video’s- waarbij is gekozen voor een strak scenario, een filmisch effect met daarbij de juiste muziek”, vertelt Vergult met het nodige enthousiasme.
Employer branding video’s
Dat videomarketing kan helpen om je bedrijf te positioneren als een aantrekkelijke werkgever, konden ze bij delaware al meermaals ondervinden. “HR krijgt vaak van nieuwe werknemers te horen dat ze ons hebben leren kennen via de videofilmpjes. Maar nog veel belangrijker is dat ze zich de boodschap goed herinneren”, aldus Griet Van der Weken. “In de bewuste filmpjes laten we werknemers ronduit vertellen over hun passies en hobby’s, over de waarden die ze belangrijk vinden,… Daarmee schep je een goed beeld over de bedrijfscultuur en vooral over de mensen die hier werken. Door die video’s via verschillende kanalen te verspreiden, creëer je een soort community-gevoel waarbij de betrokkenheid organisch groeit aangezien online video’s vaker worden gedeeld dan geschreven tekst.”
Kurt Vergult benadrukt dat de focus in employer branding video’s niet ligt op het bedrijf, wel op de mens achter de werknemer. “Ik denk dat het in ons geval misschien maar 5% over delaware gaat.”
“Een andere format dat we bedachten, is ‘A day in the life of a consultant’ waarbij men gedurende een ganse dag alles zelf filmt met een smartphone. Dat is niet de kwaliteit van een professioneel gemaakte video, maar dat willen we bewust ook zo houden om de echtheid van het verhaal te bewaren. Authenticiteit is een voorwaarde voor geloofwaardigheid en vertrouwen.”
Gezocht: Chief Video Officer
Bij sommigen leeft de perceptie dat video’s maken een dure aangelegenheid is, maar die misvatting wil Vergult graag even rechtzetten. “Als je 1,8 miljoen woorden moet laten neerschrijven om dezelfde impact te hebben als één minuut video, zou ik niet twijfelen. Bovendien is er tegenwoordig heel betaalbare apparatuur op de markt verkrijgbaar waarmee je beelden van zeer goede kwaliteit kan opnemen. Zelfs met de camera van je smartphone is er vandaag heel veel mogelijk. Kortom, het is allemaal veel toegankelijker geworden.”
Bij wijze van uitsmijter nog volgende bedenking: misschien dat bedrijven in de toekomst wel een nieuwe functie creëren, namelijk die van Chief Video Officer. Of is dat een stap te ver?