Een woord is een woord. Maar niet zo bij vertalingen: daar telt alleen het juiste woord. Helaas worden volgens Herman Boel van Alta Verba teksten vaak nog stiefmoederlijk behandeld als het op vertalen aankomt. Terwijl nuances een wereld van (betekenis)verschil kunnen maken. “Een correcte taal en uitstekende tekst brengen je op de snelweg naar je potentiële klant”, klinkt het. “Bedrijven die écht goede teksten willen, zijn bereid daarvoor de juiste prijs te betalen. Omdat ze goed genoeg weten dat die voor meer klanten en omzet zullen zorgen.”
Alta Verba betekent letterlijk: hoogste of diepste woord. “Maar de reden waarom ik die naam destijds koos, is prozaïscher”, begint zaakvoerder en zelfstandig vertaler Herman Boel. “Het begon namelijk met een ‘a’, zodat ik bovenaan in de lijstjes zou prijken (lacht). De tweede reden is dat Latijn een universele taal is: iedereen kan de naam uitspreken. Wat voor een vertaler redelijk handig is.”
“Voor ik met mijn eenmanszaak startte, werkte ik vijftien jaar als projectmanager voor verschillende Belgische vertaalbureaus, waar ik van dichtbij meemaakte dat klanten qua vertalingen niet altijd kregen waar ze recht op hadden. Zo werd een vertaalde tekst geen enkele keer nog eens op fouten nagelezen door een tweede vertaler. Terwijl dat zou moeten, want zelfs de allerbeste vertaler maakt wel eens fouten.”
Geen copyright op machinevertaling
“Bovendien werd wat ik de 'integriteitsdrempel' noem vaak verloochend: men zakte onder een bepaald kwaliteitsniveau om toch maar een opdracht binnen te halen en de omzet op te krikken. Ik vond dat ik dat beter kon, waarop ik met Alta Verba ben begonnen. Ik vergelijk het een beetje met industriële bakkers, die producten maken die de naam ‘brood’ wel mogen dragen maar toch vooral weinig kwaliteit aanbieden, tegenover ambachtelijke bakkers die er al hun liefde en vakmanschap in steken.”
“Het is geen toeval dat die eerste groep ook zo hard bezig is met machinevertalingen – iets waar geen enkele ernstige vertaler zich mee zal inlaten, omdat de kwaliteit ervan nu eenmaal niet goed genoeg is”, benadrukt Boel. “Let wel, vertaalmachines kunnen hun nut hebben, als je bijvoorbeeld snel wil weten wat er in een Chinees artikel op internet staat. Maar voor een webtekst, persartikel of brochure: nooit een goed idee. Zelfs al worden die teksten achteraf nog nagelezen door een vertaler, die overigens nagenoeg altijd een spotgoedkope werkkracht of amateur is. Bovendien worden fouten in de brontaal door een machinevertaling alleen maar uitvergroot, en een menselijke revisor beschikt doorgaans niet over de tijd of kennis om dat recht te zetten. Last but not least heb je op een door een machine vertaalde tekst geen copyright. Daar staan heel weinig mensen bij stil.”
Een machine kan niet meedenken met de klant, of input geven over de brontekst die misschien niet helemaal juist zit. Dat kan en doet een goede vertaler dus wél
Of machinevertalingen op termijn zo intelligent zullen zijn dat ze menselijke vertalers zullen vervangen? Herman Boel denkt van niet: “Ze zeggen al vijftig jaar dat het binnen tien jaar gedaan zal zijn met vertalers (lacht). Taal is zo complex en voor interpretatie vatbaar – denk aan woordspelletjes, ondertoon … – dat de database dermate gigantisch zou zijn dat het niet meer werkbaar is. Bovendien kan een machine ook niet meedenken met de klant, of input geven over de brontekst die misschien niet helemaal juist zit. Dat kan en doet een goede vertaler dus wél.”
Snelweg naar de klant
Zijn belangrijkste boodschap is dat er veel te weinig aandacht besteed wordt aan taal. De baseline in zijn e-mailhandtekening luidt niet voor niets een correcte taal en uitstekende tekst brengen je op de snelweg naar je potentiële klant. Helaas stelt hij vast dat dit veel te weinig het geval is. “Ga naar de website van een willekeurig bedrijf, en de kans is groot dat je er grote fouten tegen het Nederlands aantreft.”
“Bedrijfsleiders beseffen niet dat als bezoekers van de site die fouten zien, ze meteen rechtsomkeer maken. Vanuit de redenering: als dit bedrijf geen aandacht besteedt aan zijn taal, waarom zou het dat dan wel doen aan zijn producten en diensten?”
“Hetzelfde geldt voor vertalingen: de kwaliteit daarvan moet ook top zijn. De gouden regel is eigenlijk dat een vertaler alleen maar vertaalt in zijn of haar moedertaal – behalve als het een beëdigde vertaling betreft. Alleen wordt die regel vaak overtreden, zeker in Nederland, waar men ervan uitgaat dat men kan vertalen als men de taal onder de knie heeft. Fout natuurlijk: je mag een vreemde taal nog zo goed kennen, je zal die nooit zo goed kennen als een native speaker. Bijgevolg vertaal ikzelf alleen naar het Nederlands, en doe ik voor andere talen een beroep op externe medewerkers.”
Kritiekloos teksten aanvaarden
Helaas hebben de meeste bedrijven volgens Boel geen idee of een vertaalde tekst goed is en plaatsen die doorgaans zonder verdere controle op hun website, omdat ze ervan uitgaan dat het wel in orde zal zijn, zonder enige vorm van revisie.
Met alle gevolgen van dien. “Dat is eerlijk gezegd waar die grote vertaalbureaus op rekenen: dat de klant kritiekloos de teksten zal aanvaarden”, zegt hij. “Maar bedrijven gaan ook zelf in de fout, bijvoorbeeld door een tekst intern te laten vertalen door een medewerker die ooit eens een cursus Spaans heeft gevolgd. Of door bij vertaalbureaus een zo goedkoop mogelijk tarief af te dwingen, want ‘vertalingen mogen niets kosten’. Of door zelf een beroep te doen op machinevertalingen, of gratis vertaalprogramma’s als Deep L.”
“Dat is een heel vreemde contradictie: bedrijven besteden vaak duizenden euro’s aan een minutieus uitgewerkte juridische tekst of schitterend uitgewerkte brochure, maar de vertaling moet vervolgens zo goedkoop mogelijk gebeuren. Dat is weggesmeten geld.”
Men zegt altijd dat een goede boekhouder je meer opbrengt dan je kost. Wel, met vertalers is dat eigenlijk net hetzelfde
“Nog een veelgemaakte fout is dat ze een brochure laten maken, maar zonder aan het ontwerpbureau te zeggen dat die tekst nog vertaald zal moeten worden. Zodat het uiteindelijke design niet zal matchen met de tekst, die in vertaling veel korter of langer uitkomt. Zo zijn bijvoorbeeld Franse en Duitse, maar ook Nederlandse vertalingen 20 tot 30 procent langer dan Engelse.”
“Dat zijn allemaal valkuilen voor bedrijven, waar ze meer stil zouden moeten bij staan”, vindt Herman Boel. “Met een goede vertaler vermijd je die. Men zegt altijd dat een goede boekhouder je meer opbrengt dan je kost. Wel, met vertalers is dat eigenlijk net hetzelfde: bedrijven die écht goede teksten willen, zijn bereid om daarvoor de juiste prijs te betalen. Omdat ze goed genoeg weten dat die teksten voor meer klanten en omzet zullen zorgen.”
Wil je weten of de Nederlandstalige teksten op je bedrijfswebsite of documenten correct zijn? Herman van Alta Verba doet een gratis check, waarna je vrijblijvend beslist of je de teksten door hem laat herwerken. Maak hier een afspraak.